knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

Archief

Ton Lutz leest de Odysseia in vertaling van Imme Dros

20 augustus 2006

Geen file is nog te lang, geen autorit nog vervelend met de stem van Ton Lutz op de radio-cd speler die de Odysseia in een prachtige vertaling van Imme Dros leest. Dertien cd’s lang geniet je van het meesterwerk van Homeros, je vergeet er zelfs het vaderlandse en wereldnieuws bij. Je voelt de file – ellende in het niets verdwijnen bij het spannende verhaal van Odysseus’ reizen over de asgrauwe zeeën waar Posseidon hem voortdurend belaagt. De tekst van Imme Dros uit 1991 is in een heerlijk metrum geschreven, prachtig Nederlands. Ton Lutz leest de 24 boeken met zwier en indringend timbre. De achtergrond muziek helpt je oren te spitsen door soms twijfel te zaaien aan wat je denkt te horen.
Na Roberto Calasso’s ‘Bruiloft van Cadmus en Harmonia’ kon ik niet anders dan in één ruk de hele Odysseia te lezen. De keuze ging tussen de vertaling van 1992 van H.J. de Roy van Zuydwijn en die uit 1991 van Imme Dros. De eerste lijkt me nauwer bij het oorspronkelijke Grieks aan te leunen, de tweede klinkt mooier in het Nederlands. Het werd dus Imme Dros toen nog bij Querido, intussen net als de cd uitgave bij Athenaeum – Polak & Van Gennep.

Het was tijdens de vakantie dagelijks smullen, per boek of gezang, maar de voordracht van Ton Lutz stak hoog boven mijn gedoseerde lezen uit. Dit is de mooiste weerlegging van de illusie dat versimpelde teksten beter liggen dan de originelen zoals Alessandro Baricco,
De Ilias van Homerus (Omero, Iliade, 2004) uitg. De Geus.
Zo’n Homerisch gedicht is gemaakt om aanhoord te worden. Dan pas geniet je ten volle van de epitheta ornantia, dan pas hebben die echt betekenis, waarbij Ton Lutz elke tussenkomst van een spreker afsluit met een goedgeplaatste: ‘Zei hij, zei zij, zeiden zij ‘.
Het gaat in deze uitgave om de radio voordracht van Ton Lutz bij NCRV in 1994, die later op cassette en nu dus op cd verkrijgbaar is.

Dit is een meesterstuk voor alle humaniorastudenten. Ik beklaag mezelf nooit voorheen de hele Odysseia te hebben gelezen. De vertalingen uit mijn jeugd waren afschrikwekkend.
Maar dat kan nu geen excuus meer zijn met deze uitvoering en deze uitgave, die recht doen aan wat volgens Roberto Calasso de ware inhoud van de Odysseia is:

Odysseus zag af van de eerlijkheid van de krijger toen hij op Ithaca waanzin voorwendde om zich niet te hoeven inschepen voor Troje. Hij zag af van zijn recht op vrije meningsuiting toen hij de rol op zich nam van de rondtrekkende bedelaar die door iedere willekeurige slaaf kon worden verjaagd, tot zwijgen gebracht. Odysseus gaf voor het eerst voorrang aan het indirecte boven het directe, aan sluwheid boven aanwezigheid, aan behoedzaamheid boven een rechtlijnige aanpak. Và?à?r allerlei eigenschappen in de loop der eeuwen werden toegeschreven aan kooplieden, vreemdelingen, joden en komedianten, had Odysseus zichzelf ermee bestempeld. De held gaf een voorproefje van de leefwijze waarin noch aristocratische openheid, noch democratische vrijheid van meningsuiting zouden volstaan. Eeuwen later lijkt die leefwijze heel normaal maar ten tijde van Odysseus gaf het blijk van een vooruitziende blik die was voorbehouden aan degenen die hemel en aarde had doorkruist. Dus, terwijl Achilles en Agamemnon zich in ons geheugen griffen als overblijfselen van een voorbije wereld, opgeslokt door een catastrofe, blijft Odysseus ons vertrouwd als een onzichtbare metgezel. Zijn afstand doen van openlijke aanwezigheid wordt gecompenseerd door zijn voortbestaan in de herinnering en in de geschiedenis. Achilles moet worden opgeroepen; Odysseus staat al naast ons, altijd en overal.’ (p.301)

Odysseus is het prototype van de moderne mens. De naam die hij krijgt van zijn grootvader is Odysseus, hij die de haat kent!

Archief

Frank Furedi, Waar zijn de intellectuelen?, Meulenhoff.

12 augustus 2006

‘Where Have All the Intellectuals Gone?’ van Frank Furedi  heeft iets van het bloemenlied uit de jaren ’ 60 van Pete Seeger. Het is een klaagzang die hier en daar rare refreintjes neuriet en vaak de helderheid mist van het snijdend essay waar Frank Furedi zo intens voor pleit in zijn kritiek op de rol en de positie van de intellectuelen, de onderwijshervormingen, de social-engineering-ideologie van gelijke kansen als ultieme trukendoos voor de verdere infantilisering van de kiezer. Zijn vorige stukken in ‘Culture of Fear’,  ‘Paranoid Parenting’ leken mij beter doorwrocht.
De vertaling van zijn nieuw boek is vlot leesbaar, maar wie het in een Nederlandse vertaling heeft over ‘Benda, J. (1959) The Betrayel of the Intellectuals, Boston, USA, MA: The Beacon Press ’ als hij Julien Benda, ‘La trahison des clercs’ uit 1927 bedoelt, doet mij ook even slikken.
Ik heb een reeks erg boeiende citaten aangehaald en hier en daar van een soms wat uitgebreidere commentaar voorzien omdat Furedi in zijn boek toch met vaardigheid enkele heilige huisjes sloopt en zich op sommige punten vergist van sloophamer of gebouw.

Omdat hij – terecht '? de verantwoordelijkheid voor de intellectuele ellende bij de voornamelijk linkse intelligentsia van de voorbije decennia legt, en ik hem daarin kan bijtreden, probeer ik hier ook een inkijk te geven in de manier waarop het ' gelijke kansen' verhaal in het onderwijs in Vlaanderen en meer bepaald bij de sp.a werd gebruikt om de nieuwe voorzitter uit de startblokken te krijgen en wat de interpretatie van de Europese BaMa richtlijn van Bologna voor het hoger en universitair onderwijs in Vlaanderen zal betekenen.

Tot slot formuleren we enkele proeven tot verklaring van het falen van de sociaal democratie en de socialistische ideologie – vroeger, nu en morgen – met een paar bedenkingen over anders en het hoe en waarom, en ook weer niet.

Niets is immers wat het lijkt, zeker niet in de heksenketel van de wereldpolitiek.

 

Lees verder »