knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

Archief

Onze wensen voor 2010

25 december 2009
Landschap in de stijl van Shen Zhou - 1650

?De wegen slingeren
tussen nevelige toppen
en diepe kreken,
ik heb mij een kleine
en elegante rieten hut gebouwd.
De hoge pijnbomen
die ik eigenhandig geplant heb,
zijn oud geworden.
Sinds jaren heb ik geen voet meer gezet
op de bodem van offici?le residenties.?

Wang Jian (1598 – 1677)

Landschap in de stijl van Shen Zhou – 1650
Beijing Capital Museum ‘De drie dromen van de mandarijn’
ING Cultuurcentrum Koningsplein 6 Brussel

Voor 2010 wensen wij jou en wie je lief is
in een elegante hut de behoedzame rust
van een kale monnik onder een lekkende paraplu,
vrij van aardse beslommeringen
en hemelse verplichtingen.

Archief

Rubenshuis Anwerpen ? Kamers vol kunst in 17de eeuws Antwerpen

13 december 2009

Rubenshuis Anwerpen ? Kamers vol kunst in 17de eeuws Antwerpen

Naast de toch wel fenomenale omgeving en collectie van het Rubenshuis dat alleen daarom al regelmatig een bezoek waard is, wordt nu uitgepakt met de kunstkamers van Willem van Haecht en een paar topstukken van Antoon Van Dyck, David Teniers, Quiten Metsys,Jan Brueghel. Na de val van Antwerpen van 1585 bleek ik er op de grens met de gereformeerde landen nog ruim genoeg handel en geld in het spel om de Antwerpse burgerij de kans te geven status en rijkdom te etaleren voor wie er voor hen toe deed.
Feesten, ommegangen, stadspaleizen, muziekstukken, kerken en schilderijen waren allemaal aan de orde in het onderlinge opbod van de topsinjoren. De max was echter een ?kunstkamer? al dan niet naar de realiteit geschilderd door een deskundige meester. Op een schilderij werd in een breedbeeldoverzicht alle kunst en rijkdom van de opdrachtgever gekonterfeit, al dan niet tijdens een mogelijk bezoek van een machthebber. Krasser nog, de echte kunstenaar werd gevraagd om een miniatuur van zijn eigen werk op de kunstkamerversie te schilderen. Om van die vele grote ego?s gedaan te krijgen dat ze een onderdeel uitmaakten van een visueel evenwichtig en boeiend geheel was ongetwijfeld een meesterstuk.
In het Rubenshuis hangen alweer een paar topstukken van Antwerpse patsers. Leuk om zien hoe ze het toch maar klaar speelden op de rand van verschillende machten als handelaars, diplomaten, spionnen, smokkelaars en fraudeurs. Maar, het moet gezegd, ze hadden smaak en lieten zich graag leiden door eruditie, kennis en stijl, eerder dan de gebruikelijke platitudes van nieuwe rijken.

Archief

Fotomuseum Antwerpen: Dolen onderweg in Europa – Infantization – Coal is bLack

13 december 2009

Michiel Hendryckx: Dolen ? onderweg in Europa

Michiel Hendryckx heeft zich laten vangen. Zijn ? Dolen ? onderweg in Europa ? wekt veel verwachtingen, maar lost er weinig in. En zo wordt ook de toeschouwer gevangen in het Antwerpse fotomuseum.
Het is een collectie dolende beelden, met vaak onduidelijke en slordige onderschriften ? niet zonder fouten ? waarvan er nu en dan oplichten om het meesterlijke talent van Michiel Hendryckx te illustreren. Maar die zwart-wit beelden worden dan weer elders in de tentoonstelling herhaald, zodat je als bezoeker het gevoel krijgt in een rondje te lopen. De fotograaf zou hiermee willen aantonen dat je alleen al dolend een stad, land of continent leert kennen.
Niets is minder waar.
Wie niet weet waarheen hij of zij doolt, wie geen voorkennis heeft, wie geen geschiedenis kent, doolt op zoek naar zichzelf in een wanhoopsspiraal. Zijn toelichtingen bij de foto?s weerleggen dit streven naar een radeloze of redeloze ?photographie automatique?. Ook de toeschouwer kan niet kijken zonder vooringenomenheid, vooroordeel. Wie zichzelf wijsmaakt onbevangen te kijken of te fotograferen, speelt een boeiend bedrieglijk spel. Maar het blijft verstandig te weten dat het hierbij gaat om een spel waarin ieder doet alsof. ?Objectieve wereld wars van spektakel en sensatie ? is als epitheton ornans een ijdel verlangen, dat ook al dolend niet wordt voldaan.

Europalia ? China: The New Power of Chinese Contemporary Art

Dit euvel van ?Dolen? verdwijnt echter in het niets vergeleken bij het afgrijzen dat toeschouwers bevangt bij de aanblik van wat ?Infantization? heeft aangericht in China, meer bepaald in Sjanghai waar de ?Gelatine Generatie? haar gestoorde grenzeloosheid presenteert als ontwikkeling van een multimediale beeldcultuur die karakteristiek is voor het China van de 21 ste eeuw. De gevolgen van deze doorgedreven infantiliteit zal pathognomonisch blijken voor een nieuwe generatie Chinese adolescenten en jong volwassenen. De mentale en sociale ravage zal diep blijven woekeren. Beklemmend en beangstigend.

Danny Veys ? Coal is bLack

Deze prachtige verzameling zwart-witfoto?s werden op de huid gemaakt zodat je de met koolstof gevulde pori?n kan zien en de lelijkheid van het overzicht alleen maar vertederend werkt. De ru?nes van mijnen en mensen zijn van een archeologische schoonheid. Dat leven in die oude, onderkomen en levensgevaarlijke mijnbekkens ? hier van de Donbass in de Oekra?ne ? is vandaag nog steeds re?el en uitzichtloos.
Veys is lid van Photolimits, een fotografenplatform, gespecialiseerd in sociale documentaire fotografie. De leden focussen op sociale fenomenen zoals culturele, economische en sociale spanningen, ecologie en religie. Danny Veys is eveneens docent aan de Hogeschool Sint-Lukas Brussel.
Voor Coal is bLack werkte hij in opdracht van COALFACE, een collectief van VZW Het Vervolg, projectencentrum van de Mijnstreek, dat vanuit Limburg internationale relaties tussen mijnbouwgebieden ontwikkelt. COALFACE wil de invloed van de mijnbouw op de identiteit van de mijnregio?s en de ziel van de inwoners benadrukken.

Archief

Jonathan Littell, Het droge en het vochtige. Arbeiderspers 2009

6 december 2009

Jonathan Littell heeft met ‘Het droge en het vochtige’ een handig toemaatje geschreven bij zijn meesterwerk ? De welwillenden?
Aan de hand van het boek van Klaus Theweleit (1942) uit 1977 ?M?nnerphantasien? analyseert hij de teksten die de Waalse SS collaborateur en Rex politicus L?on Degrelle heeft gepleegd.
Franstalig en katholiek Belgi? had zich voor de oorlog massaal aan de voeten gegooid van ?le beau L?on? en tijdens de oorlog wist hij ruiml te recruterren voor het Waals Legioen onder de eens zo linkse arbeidersklasse van de Waalse industriesteden. Na de oorlog bleek dit niet meer te stroken met de mythe van het quasi unanieme Waalse antifascistische verzet. Degrelle vluchtte naar Franco Spanje en werd geen strobreed in de weg gelegd door justitie ook al was hij ter dood veroordeeld en bleek hij al die jaren vrolijk priv? bezoeken te brengen aan zijn vroegere vaderland. In 1980 wist Maurice Dewilde hem nog te interviewen en bleek van zijn droge versie als ?le beau L?on? niet veel meer overeind.

Theweleit kwam in zijn onderzoek tot de conclusie dat een ?fascistisch bewustzijn? niet alleen in word en daad maar uiteraard ook in het zelfbeeld van betrokkenen terug te vinden was.
Littell omschrijft dit bij Degrelle:
De fascist (heeft) het proces van scheiding ten opzichte van de moeder in feite nooit voltooid, is het nooit gekomen tot vorming van een Ik in de freudiaanse zin van het woord. De fascist is de ‘nog niet volledig geborene’.? (...) Hij heeft met behulp van discipline, training en lichamelijke oefening een uitwendig Ik opgebouwd (...) in de vorm van een schild, pantser, een spierenharnas. Onder dat pantser, in een voor de fascist ontoegankelijk gebied, bevinden zich al zijn aandriften, zijn wensfuncties, die volstrekt vormeloos zijn, omdat er geen objectrelatie mogelijk is.

‘De fascist’ doet er in Theweleits visie alles aan om zijn pantser intact te houden. Vandaar zijn hang naar uniformen, duidelijke regels en monumentale architectuur, oftewel alles wat hard, helder en vastomlijnd is.

Vijanden voldoen dus aan het tegendeel van deze mannelijke eigenschappen: Sovjetsoldaten heten dan in de beleving van ?le beau L?on? ?vochtig? en overspoelen als een rode smurrie die opborrelt uit het moeras als slijmerige reptielen het Duitse droge mannenland. Duitse soldaten zijn vastberaden, lid- en vormvast, zelfs in de dood blijven ze een fallische droge waardigheid bewaren.

Onder twee foto’s van Degrelle in Spanje ( 1949 en 1983) merkt hij op:

104.Naar mijn overtuiging is voor Degrelle de tijd in 1945 letterlijk stil blijven staan. Of nog nauwkeuriger gezegd: de tijd, losgekoppeld van de werkelijkheid die gestalte had gekregen in de oorlog, is blijven doordraaien in het niets, in de ijzige kringloop van de pure herhaling, waarin Degrelle zich ophield als een uitgeholde figuur, verstard in zijn geestesproducten, strak overeind gehouden en tegen de werkelijkheid beschermd door zijn SS-unifrom, als een kreeft door zijn pantser. Wat zijn de verschillen tussen deze twee foto’s, waar 34 jaar tussen zit? Het frisse, levendige, montere gezicht is uitgedijd, maar het is niet veranderd; we kunnen niet eens zeggen of het echt verouderd is; veeleer lijkt het te zij gestold, geleidelijk te zijn versteend tot een reptielenmasker dat de chaos moet afdekken; en de stralende glimlach van de zonnekrijger is geleidelijk veranderd in de afzichtelijke grimas van de dood.

Littell weet ook te recapituleren dat Degrelle destijds model heeft gestaan voor ? Tintin, mon copain? , de droge journalist van de klare lijn uit de gelijknamige stripreeks van Herg?.
De twee Franse rechercheurs die in de waanzinnige chaos van de laatste oorlogsmaanden wegens verdenking van moord op een onnavolgbare manier jacht maken op de hoofdfiguur uit ? De welwillenden?, Max Aue, zijn op het lijf geschreven van de detectives Dupond&Dupont of Jansen&Janssen.
Merkwaardig goed geargumenteerd toch hoe in tijden van verwarring en prangende nood mensen zich proberen vast te houden aan clich?s over de wereld, de ander en zichzelf om hun hoofd boven het drijfzand trachten te houden.
Dan mag de incestueuze erotische scene tussen Dr. Max Aue en zijn zus recent nog de ‘Bad Sex in Fiction Award’ ontvangen hebben, ?De Welwillenden?, inclusief seks scenes blijft een fenomenaal meesterwerk.

Archief

europalia.china ? Zoon van de Hemel ? PSK Brussel

1 december 2009

europalia.china ? Zoon van de Hemel ? PSK Brussel
nog tot 24 januari 2010.

Wat doorgaat voor het vlaggenschip van de veertigste verjaardag van de Europalia is eerder een flottielje van prachtige scheepjes, warrige sloepen en een enkele imperiale jonk.
?Zoon van de Hemel? pretendeert voor een publiek met weinig voorkennis een indruk te suggereren van groei en bloei van het Rijk van het Midden waar de heersende keizer als ?Zoon van de Hemel?, pontifex maximus, bruggenbouwer tussen hemel en aarde hoorde te zijn.
Dat is als rode draad een schraal en broos houvast voor wie echt iets wil begrijpen van het verschil tussen Oost en West, tussen het Rijk van het Midden en de barbaarse en harige langneuzen die zich vergapen aan de soms spectaculaire jaden, bronzen, gouden en porseleinen kleinodi?n in vitrines. De geschilderde roltaferelen, sommige gewaden en wandschilderingen zijn prachtig geconserveerd dan wel ?merkwaardig? goed gerestaureerd.
Al is de toelichting van de audiogids summier en weet de schitterende catalogus veel goed te maken, er zitten serieuze gaten in de slagorde van deze imperiale Chinese vloot zoals hij gepresenteerd wordt onder de veelbelovende tittel ?Zoon van de Hemel?.

Vooreerst missen de commentatoren een unieke kans om aan de hand van de indrukwekkende bronzen offervaten duidelijk te maken dat daar een zeer belangrijke historische breuklijn loopt in de ontwikkelingen tussen oost en west. Waar de neolithische revolutie zich in ongeveer de hele mensheid van Eurazi? nog rond eenzelfde periode gelijkaardig ontwikkelde, bleek de bronstijd vrij snel tot een splitsing te leiden tussen beide culturen. Met verstrekkende gevolgen.

Roberto Calasso heeft dit omstandig vergeleken in zijn schitterend boek ?De bruiloft van Cadmus en Harmonia?.

126. Slechts weinigen herinneren zich dat onder het bronzen deksel van de drievoet waar nu de Pythia zit ooit de verminkte ledematen van Dionysus Zagreus kookten. En dat volgens sommigen Dionysus de eerste was die profeteerde vanaf de drievoet. En ook dat een slang om het onderstel van de drievoet lag gerold.
Tijdens de bloei, maar ook tijdens het verval, was Delphi het tegendeel van wat de helleniserend 19e eeuw de klassieke geest noemde. Het was een bazaar, een oerwoud van trofee?n, een kerkhof. Het beginsel ervan nodigde uit tot die opeenhoping. Schilden en boegbeelden, wijgeschenken van militaire overwinnaars.
Er is een voorwerp dat een zeer hoge graad van beschaving aangeeft, waarbij andere ons bekende voorwerpen verbleken: de bronzen ketel. In China van de Shang-dynastie draaide hele leven om dit cultusvoorwerp.
In het Dorische Griekenland nam dat vaatwerk ??n enkele overheersende vorm aan: de drievoet.
128. De bronzen voorwerpen met hun groene weerschijn zouden na een bepaald tijdstip begraven blijven in l?ss of in verzamelingen van de Shang-periode. Maar de Chinese vormen blijven van geslacht op geslacht de oervormen van het brons herhalen. Vaste decoratieve patronen en architectonische stijlelementen knoopten min of meer direct weer aan bij die oorsprong. Ook in Griekenland geeft de drievoet het oplichten van een nieuwe bloeiperiode aan, naar daarna verdwijnt hij voorgoed, verdrongen door een andere vorm: de menselijke gestalte.
Sindsdien werden in Delphi en Olympia steeds minder bronzen drievoeten aangeboden en steeds meer standbeelden. Het waren vaak goden, maar soms ook overwinnaars in een oorlog of een wedstrijd die zichzelf toewijdden. Het omgekeerde van wat nu gebeurt: de winnaar ontvangt geen belachelijk beeldje als prijs, maar de prijs is dat de winnaar toestemming krijgt om een, vaak indrukwekkend, beeld van zichzelf op te richten en aan de god te wijden. Op hoge zuilen verhieven zich gestalten die nu een naam kregen. Toch ontlenen deze gestalten hun sacrale karakter een tijdlang aan de anonieme eerbiedwaardigheid van de drievoet, waarvan ze het tegenovergestelde zijn. Maar het voedsel of de vloeistof die in de ketel voor de god werden toebereid, verdwijnen. Hun kracht is overgegaan in de plooien van een marmeren peplos, een paardentuig, de vleugels van een sfinx. Het offer is niet langer eetbaar: voor het eerst kan men er alleen naar kijken.

Een ander merkwaardig fenomeen in deze tentoonstelling is het ontbreken van vrouwen- en paardenbeelden uit de Tang dynastie. Nochtans een periode van omzeggens 300 jaar reusachtige macht (van de Kaspische Zee tot Japan en Korea) en schitterende bloei, gepaard aan een veel zelfbewustere positie van de vrouw. Al is de grote terracotta koutouende ambtenaar en indrukwekkend beeld.
Tot slot is het ook niet te verklaren waarom geen aandacht besteed wordt aan de gruwelijke ondergang van de Ming dynastie die in de helft van de XVII de eeuw onder de voet gelopen werd door de Mantsjoe paardenvolkeren die zich als Qing keizers de macht toe-eigenden.
Voor de Han Chinezen van toen ?n voor die van vandaag blijft dat een existenti?le cultuurschok die nog steeds doorzindert in po?zie, filosofie en schilderkunst. Een voorbeeld daarvan is te zien in de magnifieke tentoonstelling ‘De drie dromen van de mandarijn? in de ING galerij op het Koningsplein.

Bijgevolg is het voor een aandachtige bezoeker onduidelijk wat nu precies de rode draad is die de organisatoren voor ogen hadden. ?Dubbele Harmonie? is zeker, gezien die visie in China vandaag de offici?le partijlijn is. Dus wordt naar aloude gewoonte de geschiedenis in die zin herschapen, ook die van de verschillende zonen des hemels.