knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

Archief

Gedichtendag 2010 – Het wordt tijd!

28 januari 2010

Het wordt tijd

Het wordt tijd dat wij orde op zaken stellen.
De woede verzamelen. Een republiek voorspellen.
Een vlag ontwerpen naar Jackson Pollocks model.

Het wordt tijd dat wij de vette gans
van de zakelijkheid villen en samen met haar,
de boswachters die hout en wild ruilen voor goud.

Het wordt tijd dat wij verloochenen wat aangeslibd is
en kiezen ons niet langer verlamt. Dat een vuist
de littekens in de handpalm vervangt.

Het wordt tijd dat wij prikkeldraad om ons heen zetten en
met rode letters op groen vlak verkondigen: Ontoegankelijk.
Herstel van landschap. Een decennium is voorbij.

Eddy van Vliet (1942 – 2002) – ter gelegenheid van Charta 91

Zoals ik door het buigen van mijn hoofd
aan de regen denk te ontkomen,
zal ik vergeten wat mij is ontnomen.

Eddy van Vliet

Archief

Europalia China Het omhelzen van de maan, Spiegel van de Tang dynastie.

17 januari 2010

Europalia China Het omhelzen van de maan, Spiegel van de Tang dynastie.

Nog tot 14 maart biedt het Antwerpse Provinciehuis ruimte aan een boeiende tentoonstelling waarbij zoals wel vaker de catalogus meer te betekenen heeft dan de expositie zelf.
De presentatie is mooi, met veel aandacht voor de ontwikkeling van het Chinese boeddhisme, enkele mooie stukken keramiek en vroeg porselein, een schitterend vergulde bronzen draakje en enkele mooie kleine vergulde bronzen, alsmede een reeks mooie terracotta beelden van dieren en mensen.
De stukken zijn bijna allemaal afkomstig van het Shaanxi History Museum, het Zhaoling Museum met objecten uit de necropolis van de grote tweede Tang-keizer Taizong (reg. 626-649) en het Beilin Museum voor het merendeel van de boeddhistische stukken. De tentoonstelling kadert in 25 ste verjaardag van de vriendschapsbanden tussen de provincies Antwerpen en Shaanxi in China, die dateren van de Janssen Pharmaceutica vestiging in Xi?an, de hoofdstad van Shaanxi.
Destijds werd de interesse van Paul Janssen voor de Chinese Volksrepubliek gewekt door twee personeelsleden die zich toen tot het Marxisme Leninisme en de Gedachte Mao Zedong bekenden. Zij werden wel ontslagen maar hun zaad zou kiemen en Paul Janssen kwam in Shaanxi terecht waar hij de eerste grote farmaceutische joint venture oprichtte in China met Xian-Janssen.

Meteen is de exclusieve band met Shaanxi en de selectie aldaar een minpunt voor de toch wel beperkte tentoonstelling over de Tangkunsten.
Er zijn nauwelijks beelden van de fantastische Tang paarden in de typische kleurenglazuur, en al helemaal geen van de fameuze Tang vrouwen met forse boezem, laat staan hofdames die voor het eerst en als enigen tot vandaag hun borsten prominent etaleerden.
In de Chinese geschiedenis een cultuurschok die zich enkel kan meten met wat er vandaag aan de hand is in het Rijk van het Midden.
Er wordt wel veel aandacht besteed aan de kledij van de voluptueuze Tang vrouwen, die een tot dan ongekende vrijheid hadden.
Dit leidde tot een extreem gevarieerde opsmuk en hoge haarstukken, tot het dragen van mannenkleren, diepe decollet?s en forse amazones in spreidstand op weelderige paarden.
De collectie bronzen paardentuig is mooi, met bewerkte gespen en vele gebalanceerde stijgbeugels, uit een periode dat men in West Europa onder Merovingers en Karolingers nog geen stijgbeugels kende. In China werden ze reeds teruggevonden in sites uit de derde eeuw. In Europa pas vanaf de 8ste en 9 de eeuw.

?Het omhelzen van de maan ? verwijst als titel van de tentoonstelling naar een vers van de beroemdste Tang-dichters, Li Bai.
Voor de Chinese cultuur is de maan de spiegel van de zon, yin tegenover yang, ?als droom en bezinning tegenover werkelijkheid, als de schaduw van het hiernamaals tegenover de realiteit van het heden, ontastbaar, maar toch erg aanwezig.?
De ruimte is ingericht als een gestileerde tuin met doorgangen en doorkijkjes, met een discrete belichting maar te weinig toelichtingen.
Een audiogids was handiger geweest dan een gekopieerde wandelgids.

Curator Annemie Bonneux heeft met de literaire aspecten van de tentoonstelling een prachtige spiegel gemaakt.
Met veel aandacht voor Li Bai (701-762) en zijn verzen over het drinken van de wijn onder de maneschijn.

Een vraag aan de maan met wijn in de hand.
Hoelang al staat de maan wel aan de hemel?
Ik zet mijn beker neer en vraag het haar.
De mensen reiken naar de maan,
Maar kunnen haar niet grijpen;
Toch is zij op hun pad een trouwe gezellin.

Er wordt tijd en ruimte besteed aan de Wijn, de Maan en de Weg van de Tao.
Dus ook aan de drinkgelagen en drankgedichten.

Li Bai paste naar verluidt zijn po?tische analyses van de Tao toe bij zijn eigen euthanasie: stomdronken in een bootje probeerde hij de maan te omhelzen in het water.

Chang?an ? Hemelse Vrede ? was gedurende vele dynastie?n de hoofdstad van het rijk.
Vandaag als Xi?an nog steeds een fenomenale stad, niet alleen door de terracottalegers en de vele grafsteden,
maar ook als het historische einde van de zijderoute en dus een verzamelplaats van vele volkeren en culturen.
De verzen op de banieren in de tentoonstelling zijn goed gekozen.

Boven de muren van Chang?an
Lijkt de maan van gebleekte zijde. ( Cui Hao)

?Nachtgedachten? van Li Bai werden eind april 2009 een herinnering
toen ik boven de Pagode van de Grote Wilde Gans de maan zag verschijnen aan een blauwe hemel
terwijl ik de verkopers van alle mogelijke antiquiteiten en grafvondsten van mijn lijf probeerde te houden.

Ik kijk omhoog naar de heldere maan
ik kijk omlaag en denk aan thuis

Archief

Blogs in 2009 op www.deredactie.be

3 januari 2010

Blogs in 2009 op www.deredactie.be

?Alles van waarde moet zich weren?
Kannibalen in Kopenhagen
Rekeningrijden in Niemandsland
Grieppaniek in prikkenland
De doden weten zich te gedragen
Een gewilde zwangerschap en het Antilliaanse probleem
Placebo?s, parkieten en mensen
Merels
Meeuwen

Lees verder »
Categorie: Actualiteit | Reacties uitgeschakeld voor Blogs in 2009 op www.deredactie.be

Archief

‘Fin du si?cle, d?but du mill?naire’ Decennium-bedenking I

1 januari 2010

Luc Devoldere in ’ Lucifers bij de brand’ :

Stephen Toulmin onderscheidt in de moderniteit twee tradities.
De ene is die van de zeventiende-eeuwse Descartes: het is de traditie van de abstracte en economische rationaliteit, die met zo weinig mogelijk inspanning een maximaal rendement wil realiseren. De abstracte rationaliteit wil de mens met zijn ondoordringbaarheid, zijn massieve en concrete lichamelijkheid wegredeneren, de werkelijkheid bekijken sub specie aeternitatis, vanuit het gezichtspunt van de eeuwigheid, buiten elke context. Het symbool van deze traditie is het meetkundig traktaat; de grote metafoor ervan, de machine die afstelbaar, organiseerbaar en voorspelbaar is. Natuurlijk heeft deze rationaliteit voor een ongekende vooruitgang gezorgd op alle terreinen van het menselijk leven. De industri?le en technologische revolutie zijn zonder haar niet denkbaar.
Maar deze cartesiaanse rationaliteit heeft een andere traditie van de moderniteit verdrongen: die van de zestiende-eeuwse Montaigne, die van de sceptisch-humanistische redelijkheid en van het essay. Die traditie heeft oog voor context, voor de concrete situatie en de aan plaats en tijd gebonden mens, en voor het belang van literatuur. In literatuur wordt immers onnadrukkelijk en zijdelings een diep inzicht over de mens aangereikt.
Literatuur biedt geen oplossingen voor problemen, maar ze kan door de schepping van een symbolische wereld de werkelijkheid wel inzichtelijker maken.
Het is niet doordat de menswetenschappen (recht, geschiedenis, ethiek, politiek, esthetica) niet het abstracte rationaliteitsmodel vertonen van de wiskunde en de positieve wetenschappen, dat er niet ook gedacht en geredeneerd wordt: alleen blijven de conclusies bij de menswetenschappen controversieel. ‘

Luc Devoldere ?Lucifers bij de brand?, uitg. Atlas p.34-35

Overigens is het intussen reeds lang duidelijk dat de echt grote spelers in de Beta- en Gammawetenschappen, net als die van de Alfa?s, begrijpen dat de premisses en pradigmata van hun eigen vakgebieden vooral geen beperking mogen en kunnen vormen voor een gestalt benadering van de werkelijkheid en wat wij ons daarvan voorstellen. Tenslotte is niets wat het lijkt en wit nooit geheel tegengesteld aan zwart.