knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

Archief

Joke Hermsen, Kairos, Een nieuwe bevlogenheid.

26 mei 2014

Joke Hermsen, Kairos, Een nieuwe bevlogenheid. uitgeverij De Arbeiderspers

In opvolging van Stil de tijd. Pleidooi voor een langzame toekomst. 2009’    publiceert Hermsen nu met Kairos alweer een bijzonder indrukwekkend boek over vele aspecten van tijd en tijdsbeleving.

Over de Parreisia:

14. De Franse classica Monique Trédé schetst als een van de eerste Europese academici in haar boek Kairos. L’a-propos et l’occasion (1992) een uitvoerig overzicht van de betekenis van het begrip Kairos. Voor Hesiodus, na Homerus de oudste ons bekende Griekse dichter, representeerde Kairos eenvoudigweg ‘alles wat goed is’ voor de mens: ‘Let op de maat, want in alle situaties wacht je het beste het juiste moment af.’ Voor de Griekse geneesheer Hippocrates betekende Kairos het kritische moment waarop er door een arts ingegrepen moest worden: ‘Het leven is kort, de wetenschap is groots, maar Kairos is scherp’ (p. 47).

Momenten van crisis boden een uitgelezen kans om Kairos bij zijn lok te grijpen, want als de nood het hoogst is, dwingt de tijd je om hem te onderbreken en een kairotisch ogenblik te creëren, zodat de crisis bezworen kan worden. Ook in de kunst en de pedagogiek speelde Kairos een rol van doorslaggevende betekenis.

(…)

Voor de filosoof en pedagoog Isocrates, die nog invloedrijker was dan Plato, gold Kairos zelfs als de enige zinvolle doelstelling van onderwijs en opvoeding. Hij verbond de kunst van het opvoeden, de paideia, in vrijwel al zijn teksten aan het Kairos-ogenblik. Hoeveel feiten en wetmatigheden de leerlingen ook kenden, pas als ze deze naar eigen inzicht op de immer veranderende werkelijkheid wisten toe te passen, kon er sprake zijn van een geslaagde opvoeding.  In ‚Tegen de sofisten’ bekritiseerde Isocrates het onvermogen van de sofisten om Kairos in hun redevoeringen te betrekken: zij bekommerden zich volgens hem niet om de juiste timing of maat, noch om de specifieke omstandigheden, maar maakten van het argumenteren op zich een spel, dat zo losgezongen werd van de specifieke context en volgens hem daarom nutteloos was.

De Franse filosoof Michel Foucault heeft in zijn laatste colleges die hij in 1983-1984 aan de universiteit van Berkeley hield, het kairotische ogenblik van Isocrates verbonden aan het Griekse begrip parresia, dat vrijmoedig, oprecht en waarheidsgetrouw spreken betekent.  Deze vorm van waarheidspreken – ‘le dire vrai’– betekende voor hem dat de spreker eerlijkheid, subjectiviteit en waarheid verkiest boven het herhalen van clichés, dat hij of zij zich kritisch durft uit te spreken tegen de heersende opinies en de morele plicht stelt boven het eigenbelang.  ‘Parresia’ houdt ook in dat de spreker in het verwoorden van zijn of haar ‘waarheid’ risico’s moet durven nemen en de eigen sociale positie op het spel wil zetten.  In plaats van reeds geaccepteerde meningen te vertolken die de eigen positie binnen de maatschappij bevestigen, moet de spreker op het juiste moment de moed opbrengen zijn of haar ‘waarheid’ te vertolken die niet alleen voor verandering van inzicht, maar ook voor de noodzakelijke heterogeniteit of pluraliteit binnen een samenleving kan zorgen.  Voor Foucault waren bezinning en zelfreflectie belangrijke voorwaarden om Kairos te laten verschijnen. ‘Ken het geschikte moment’ was in de klassieke oudheid sterk verbonden met het motto van het orakel van Delphi: ‘Ken uzelf.’  De diepgaande reflectie en aandacht die Kairos vraagt, werkt als het ware naar twee kanten toe. Alleen een grondige reflectie op de eigen grenzen en mogelijkheden en het zorg dragen voor de eigen ziel – hetgeen door de Griekse filosofen als de belangrijkste taak van de mens werd beschouwd – stelde je in staat de wereld en de anderen te beoordelen.

Multitasken in Plato’s grot.

30. Voordat de ‘homo digitalis’ transformeert in een van Plato’s grotbewoners – die met boeien is vastgeketend aan zijn tablet en alleen ‘maar zwijgend voor zich uit kan kijken’ en zijn beeldscherm voor de werkelijkheid houdt – is het tijd tot enige bezinning te komen. In haar commentaar op Plato’s grot betoogde Arendt dat juist de twee meest significante menselijke activiteiten: spreken en handelen (lexis en praxis) bij deze grotbewoners ontbreken. Vervolgens trok zij de lijn door naar de aan amusement en televisie verslaafde mens, die dermate vervreemd dreigt te raken van die twee activiteiten dat hij moeite krijgt een eigen standpunt of inzicht naar voren te brengen. Haar essay ‚De crisis in de cultuur’ verscheen al in 1954 en we kunnen ons alleen afvragen hoe haar stellingen zouden luiden als ze een kijkje in onze huidige digitale wereld kon nemen. In hoeverre is de permanent zappende en digitaal multitaskende mens nog in staat om tot diepgaande reflectie over zichzelf en over de wereld te komen? Voor Arendt betekende het niet langer uitdrukking kunnen geven aan onze persoonlijke inzichten de teloorgang van de democratie, die als belangrijkste pijler de pluraliteit, oftewel het kunnen en mogen verschillen van elkaar, kent.

Wetenschap en kloktijd

47. Hoewel de Chronostijd noodzakelijk is om ons leven en de maatschappij in te richten, heeft deze als zodanig niets met tijd te maken, meende Bergson, maar is het een ruimtelijke, statische en homogene benadering van tijd. De wetenschap hanteert de kloktijd, omdat deze een prettig neutraal en onveranderlijk decor vormt voor onderzoek, maar gaat daarmee voorbij aan het dynamische en veranderlijke karakter van tijd. Feitelijk hanteert de wetenschap aldus een tijdloos model van tijd, zoals onlangs ook de vooraanstaande, Amerikaanse theoretisch fysicus Lee Smolin beweer – de in zijn boek Time Reborn (2013). Van Newton tot aan hedendaagse kwantumfysici bestaat er volgens Smolin een consensus dat het universum wordt geregeerd door absolute ‘tijdloze’ wetten en dat tijd op zich een illusie zou zijn, iets wat in het geheel niet strookt met onze ervaring van tijd. Hoewel tijdelijke processen ons leven beheersen – we worden ouder en niet jonger – wordt dit ‘wordende’ en onomkeerbare proces niet in wetenschappelijke modellen verdisconteerd. Smolin pleit ervoor ‘de tijd als een tijdelijk fenomeen terug in het centrum van de wetenschap te plaatsen’, precies zoals Bergson dit zo’n honderd jaar voor hem deed.

Lees verder »

Archief

vrt deredactie.be – blog: Fietstocht langs mijn jeugd

26 mei 2014

Glück Auf!



wo 21/05/2014 – 11:45 Lange fietstochten vragen enige voorbereiding met het oog op weer- en wegomstandigheden, nachten en dagdromen. Ook bij fietsen baart oefening kunst, met pijn. Zij het met mate en pas na lange dagen van vele kilometers. Nostalgie vindt zo vrede in herinnering, zonder pijn van het zijn.



Tour of duty


Mijn fietstocht naar Rome begint voor mij als een ’tour of duty’ door een ver verleden met als eerste tussenstop de zwaar verontreinigde site van de intussen gesloopte asbest-cementfabriek van Mollith-Johns Manville-Balmatt aan het kanaal te Mol Donk. Bijna veertig jaar geleden draaide ik daar eindeloze drieploegendiensten aan de lopende band in de lakspuiterij waar op maat gebroken asbest-cement leien of golfplaten gelakt werden met verf op basis van giftige oplosmiddelen.

Om de kloktijd te doden binnen een wolk van lawaai restte mij enkel hoofdrekenen, liedjes en verhalen herhalen. Tijdens de aflos voor een drink- en plaspauzes bood ‘Het Volk’ van de ploegbaas – tevens ACV syndicaal afgevaardigde – met de columns van kanunnik De Swaef en Heer Bommel van Marten Toonder soelaas.
Asbestvezels werden in die jaren zeventig van de vorige eeuw nog als onovertroffen voor sterkte en vuurbestendigheid van bouwmateriaal gepromoot.

Intussen resten van die reputatie enkel nog blackfields en kankers van de long-, buik- en hartvliezen. Melk werd gratis verstrekt en menig jong gepensioneerde werkmakker werd vroeg begraven.




Groenten uit Balen


Langs de Rozenberg voert ons peddelwerk naar de oude Glaverbelsite – nog steeds in bedrijf maar lang niet meer zoals in de hoogtijdagen van het dubbel glas. De Casino als Biedermeyerruïne ligt tegenover de glasfabrieken te wachten op enig erbarmen. Midden de jaren zeventig waren politieke dromen van een maakbare betere wereld nog geen nachtmerries. Althans niet voor ons.

Waar konden we ons beter proletariseren dan in het aftandse industriële miserabilisme van de Kempen? Als kleinburger schuldbewust universitaire aula’s inruilen voor stakingspiketten en fabrieken zou ons een andere kijk op de werkelijkheid bezorgen. Door leven en werken onder het proletariaat zou ons denken immers nog op de valreep als staal worden gehard.
Aan de oude Vieille Montagne zinksmelterij van Balen Wezel die intussen Nyrstar heet, voert het iconische bruggetje uit ’Groenten uit Balen’ over het kanaal naar Beverlo.




Schietkatoen drogen


Van de nog oudere PRB - Poudreries Réunies de Belgique – herinner ik me de zaligspreking van een oude arbeider dat je van nitroglycerine wel hoofdpijn krijgt maar dat zink en lood van bij de buren de zoete dood heet.

Op het immense terrein werden springstoffen gefabriceerd in lange rijen bunkers. De vaatverwijdende effecten van de nitroglycerine voerden na ieder weekend tot misselijkheid en overgeven boven de mengmolen met schietkatoen. Alternatief werk was het frezen van de kopstukken voor de ontstekers bij vers afgevulde mortiergranaten die in die tijd met andere zware munitie in treinladingen naar Afrika verscheept werden. Het drogen van schietkatoen was een eenzame job naast een steeds met water gevuld bad in openlucht. Voor het geval er toch een vonk zou ontstaan.

Het bedrijventerrein is intussen ontmanteld. De vroegere Buskruitstraat heet nu Japanse Kersenlaarstraat en de failliete ’Poeier’ maakte plaats voor Ajinomoto OmniChem, een Japans chemisch bedrijf.

Proletariseren was ook een vlucht uit de werkelijkheid: nostalgie naar een vermoede solidariteit uit een imploderend industrieel verleden. Het werd nog kunstmatig in leven gehouden als principiële hoop op een betere toekomst. De wil tot verandering werd luidruchtig gekoesterd in de directe rede.




De militaire bakkerij


Langs het kanaal voert een verhard jaagpad mijn fiets tot in het centrum van Leopoldsburg. Als militair aanvoerkanaal deed het een eeuw lang dienst voor het kamp van Beverlo.
De omgeving van de militaire bakkerij vind ik niet meer terug. Tijdens onze legerdienst als chauffeur zware vrachtwagens voor de Logistiek van de Landmacht voerden we nochtans iedere werkdag grote ladingen brood naar de kantines troep en de mess off en ooff van kazernes van Herentals tot Beveren. In onze thuiskazerne aan de Lange Leemstraat te Antwerpen dienden we als chauffeurs te eten in de kantine troep van het militaire hospitaal. Vandaag huist in die oude kapel een gastronomisch restaurant.

Fietsen naar het verleden leidt ook langs de NV Kolenmijnen van Beringen waar het oude hoofdgebouw tot Vlaams mijnmuseum gerenoveerd werd. Langs de betonnen koeltorens wordt nu een subtropisch zwembad geconstrueerd.

Casino en cité ogen hier veel beter en mooier dan die van Mol Gompel. De enorme katholieke mijnkathedraal met een kloostergang als mijnpijlers staat er verkommerd bij. Schuin achter de Roomse kerk torenen de dubbele minaretten van de grote Fatihmoskee boven de omgeving uit. Blauwe, oranje en rode verkiezingsborden met kandidaten uit het eigen volk kleuren het zwart witte strepenpatroon van het gebedshuis.




Dood in de mijn…


In Turkije zijn intussen ruim 300 mijnwerkers dood gebleven door een brand na de ontploffing van een transformator in de mijn van Soma. Wellicht zijn er nog meer doden door de vele Syrische kompels die illegaal aan de slag waren in de mijn. Ondergrondse mijnarbeid was en is nog steeds erg gevaarlijk.

Destijds klonk in de Kempense Steenkoolmijnen een jaarlijkse dodentol van één op duizend kompels gebruikelijk. Sommige experts hopen op een andere en veiligere arbeidsorganisatie in de mijnen. Met de stijgende energiebehoefte verdubbelde de steenkoolproductie in de wereld na de sluiting van de Kempense mijnen. In economische opmars hebben landen en hun leiders geen oren naar broeikasverhalen.

Met de vraag naar steenkool stijgt het aantal arbeidsongevallen. Volgens Lander Vermeerbergen, organisatiesocioloog bij het Centrum voor Sociologisch Onderzoek aan de KU Leuven, heeft dat vooral te maken met arbeidsdagen van zestien uur zonder weekend of rust in wisselende dag- en nachtshiften. Oververmoeidheid leidt tot zware ongevallen. De hiërarchische structuur in een mijnbouworganisatie maakt het ongevallenrisico alleen maar erger. Toch bleek reeds uit onderzoek in 1951 dat meer beslissingsmacht bij de mijnwerkers zelf tot minder zware ongevallen leidt.




... en hoe ze te vermijden


Zeker ondergrondse steenkoolwinning vereist enorme logistieke infrastructuur die niet kan ontwikkeld worden door individuele mijnwerkers aan het front, in de pijlers of gangen, laat staan de schachten. In kleinschalige (illegale) mijnen vallen misschien minder slachtoffers – voor zover ze al bekend gemaakt worden – wegens minder kompels met een veel lagere productie. Bovendien is het in grote industriële mijnen in veel landen voordeliger om massaal gebruik te maken van goedkope handenarbeid. Bij grote ongevallen, zoals aardbevingen, instortingen, water, gas en branden laten veel mijnwerkers het leven wegens geen weg terug.

Ondergrondse energieproductie uit kolen kan perfect met een minimum aan mijnwerkers ter plekke. Maar dat zal nooit gebeuren zolang goedkope kompels op grote schaal kunnen aangevoerd worden en hun veiligheid en gezondheid niet hoeft geteld te worden. Niet in Turkije, niet in China of Vietnam, laat staan in Zuid-Afrika, de V.S., Rusland of Oekraïne.
Daar reikt wat elders een industrieel verleden was nog vol hoop naar een grote toekomst.

Glück auf!

Japanners denken veel aan het verleden, maar voor hen is dat een onuitputtelijke bron van geluk. Natsukashii betekent dat je gelukzalig terugblikt op aangename herinneringen die je steeds opnieuw en naar eigen believen kunt ophalen. Zo is het verleden ook nooit helemaal voorbij. Dat is veel intelligenter dan hoe wij in het Westen omgaan met wat achter ons ligt. Bij ons is het verleden iets wat tot droefenis inspireert. Want ofwel was het verleden zelf ongelukkig en daar kun je alleen maar wanhopig van worden. Ofwel was het verleden gelukkig en ook dat maakt ons somber want het is voorbij. Dat is idioot, want zo zijn we altijd ongelukkig.



Amélie Nothomb, Nostalgie van het Geluk.


Archief

vrt deredactie.be blog: Dokters en de doodstraf

10 mei 2014


Dokters en de doodstraf


wo 07/05/2014 – 10:49 Met het falen van de overheid bij het uitvoeren van de doodstraf in de Amerikaanse staat Oklahoma rijst opnieuw de vraag naar de betekenis van een executie. Niet het minst in landen waar euthanasie als een zelfgekozen goede dood als een misdrijf wordt veroordeeld.




Medisch geklungel…


Vorige week dinsdag stierf de 38-jarige Clayton Lockett na een mislukte injectie met medicijnen waarvan verwacht werd dat ze dodelijk waren. Omdat de naald niet correct in de ader zat, verspreidde het gif zich pijnlijk rond de ader en onvoldoende in de bloedsomloop. Pas na een lange doodsstrijd stierf de veroordeelde aan een hartaanval. De volgende kandidaat voor de letale injectie werd voorlopig weer naar de dodencel gebracht omdat de staat Oklahoma in die omstandigheden geen grondwettelijk vereiste pijnloze executie kon uitvoeren.

De tweede mislukte executie dit jaar in de VS was naar verluidt het gevolg van het niet verkrijgbaar zijn van de optimale medicijnen: barbituraat maakt bewusteloos, curare verlamt de ademhalingsspieren en kaliumchloride stopt zo nodig nog het hart. Europese bedrijven die thiopental aanmaken weigeren dit nog te verkopen aan de VS wegens gebruik bij de uitvoering van de doodstraf. Daarom zouden de Amerikaanse gevangenissen op zoek moeten naar vervangingsmiddelen, waardoor dit medisch geklungel.
Klinkt geweldig toch? Maar het is je reinste onzin. 




... voor de bühne


Qua respect voor patenten was de VS niet te beroerd om in de strijd tegen de vermeende anthrax epidemie met poederbrieven na ’nine eleven’ het Bayerpatent op ciprofloxacilline te breken. Bruikbare barbituraten bestaan bovendien reeds veel langer en worden ook voor dieren gebruikt. Het gaat hierbij eerder om een ingewikkelder proces: dat van het bespelen van de publieke opinie.

Op 7 december 1982 werd voor het eerst in de Amerikaanse geschiedenis de doodstraf uitgevoerd met een injectie op Charles Brooks jr. Minstens twee artsen werkten mee aan de uitvoering van deze doodstraf.
De American Medical Association (AMA)verklaarde toen: ‘Het toedienen van een lethale injectie als middel om het leven van een veroordeelde te beëindigen kan niet worden beschouwd als behorend tot de geneeskundige praktijk. Artsen dienen zich hier niet mee in te laten’.

Wijlen de Belgische Dr. André Wynen verklaarde de dag nadien als secretaris-generaal van de World Medical Association (WMA) dat zijn organisatie op 29 september 1981 te Lissabon stelling had genomen ‘dat geen arts kan worden verzocht hieraan actief deel te nemen en dat als enige rol voor de arts is weggelegd het vaststellen van de dood, nadat de Staat de doodstraf heeft uitgevoerd.’




Strafuitvoering, van alle tijden


Vandaag worden artsen niet alleen geacht patiënten pijnloos en professioneel te begeleiden bij ziekte en ongevallen, de medische discipline van pijnbestrijding en spierverslapping wordt ook gesommeerd om de problemen van de strafuitvoering op te lossen. Nochtans gaat de staat over de strafuitvoering en daarvan dienen artsen zich verre te houden. Anders overtreden zij de belangrijkste vertrouwensbasis van het medisch handelen: ’primum non nocere – voor alles doe geen kwaad’.

Strafuitvoering – zeker die van de doodstraf – past in een strategie om de wet of de macht te handhaven. Dat is van alle tijden.

Bij de Spartanen werden koningen en wie tekortschoot in zijn opdracht in een maanloze sterrennacht gedood door de eforen terwijl ze zwijgend naar een vallende ster aan de hemel keken. Deze priesters hadden zichzelf benoemd tot de allerhoogste opzichters en helers van de de belangen van de stadstaat.
Moderne dictaturen kiezen ook voor het discreet laten verdwijnen van tegenstanders of ondermijners van hun gezag. Onzekerheid versterkt immers de angst voor het politbureau.

Eens terug op Ithaka doodde Odysseus de vrijers van Penelope met pijl en boog, waarna hij zijn zoon een scheepstouw van de grote zuil tot aan een koepel strak liet trekken, net hoog genoeg dat niemand de grond met de voeten zou kunnen raken. De dienstmaagden die met hen geheuld hadden ’hielden hun hoofden in het gelid en om alle nekken knelde de strop ontzettend tot aan het einde. En ze spartelden wat met hun voeten, maar niet erg lang meer.’ (Homeros’ Odysseia)
In Iran is een vergelijkbare vorm van ophanging aan spoorstaven die met moderne kranen gehesen worden, nog steeds populair als een gemechaniseerde uitvoering van de doodstraf. 




Medische professionalisering


Meester Frantz Schmidt (1554 – 1634) had meer professionele overredingskunst nodig om als beul van Nürnberg samen met de ter dood veroordeelde de smalle ladder te beklimmen naar de galg.
Vergiftigen, onthoofden, verdrinken, verbranden, wurgen, kelen, radbraken en vierendelen, vallend verhangen of het vuurpeloton waren in het verleden beproefde uitvoeringsvormen.

In 1789 pleitte Dr. Joseph-Ignace Guillotin voor een meer humane executiemethode dan het zwaard voor de adel en de strop voor het volk. Een andere arts, Dr. Antoine Louis, chirurg, ontwikkelde de guillotine die in 1792 voor het eerst werd gebruikt.
In 1881 lanceerde een tandarts uit New York, Alfred Southwick, het idee om elektrische stroom te gebruiken bij het voltrekken van executies wegens het dan onmenselijk geachte verhangen. De eerste uitvoering van de doodstraf met een elektrische stoel gebeurde in 1890 met vijftien artsen als getuigen.

De uitvoering van de doodstraf hield duidelijk gelijke tred met de stand der (medische) wetenschap zoals ook de houding waarin een mens geëxecuteerd wordt. In de loop der eeuwen veranderde die van staan of knielen tot zitten en vandaag in de VS bij voorkeur liggend zoals op een operatietafel. Het verhoopte effect op de publieke opinie en potentiële misdadigers bepaalt het publieke karakter en de spektakel waarde van het type uitvoering. Met het betrekken van medici bij martelen en het uitvoeren van de doodstraf hoopt de staat zich te kunnen bedienen van een aureool van professionalisering. Artsen zorgen zo als moderne eforen voor een snelle, schone en stille uitvoering van de doodstraf die het daglicht schuwt.

Vandaag wordt de doodstraf nog in achtenvijftig landen toegepast, het meest in China en Iran, maar ook in de Verenigde Staten en Japan die zich graag als een liberale democratie presenteren. Amerikaanse juristen becijferden dat de laatste 45 jaar minstens vier procent van alle geëxecuteerden in de VS helemaal onschuldig was.




Dwangarbeid als alternatief


De Italiaanse filosoof Cesare Beccaria betoogde in zijn ’Dei delitti e delle pene - Over misdrijven en straffen’ uit 1764 dat de beste vorm van bestraffen die is met het grootste effect voor de minste belasting. Beccaria vond dat de wreedheid van een straf minder preventief effect sorteert dan de onmogelijkheid een straf te ontlopen. Vooral wanneer die straf snel aansluit op het misdrijf. De doodstraf was volgens hem zinloos wegens onomkeerbaar en snel voorbij. Het uitvoeren van de doodstraf leidt tot minder empathie en moet als machtsmiddel vaak tirannie ondersteunen. Lange tot levenslange gevangenisstraffen met dwangarbeid zag hij als afschrikwekkender vanuit het standpunt van de overige burgers.

Of Cesare Beccaria’s toenmalige baanbrekende visie een succesvolle benadering heeft opgeleverd, valt na 250 jaar enigszins te betwijfelen. De HBO tv serie „Oz” (Oswald State Correctional Facility) betrekt de kijker bij het deprimerende spel en de regels in de behoorlijk afschrikwekkende setting van een hoogbeveiligde gevangenis in New York State. Wie niet mee beweegt in het spel om de macht onder de bajesklanten, wordt afgeslacht. Dat geldt evenzeer voor wie al jaren op deathrow zit te wachten. Wie morele illusies uit de buitenwereld graag hooghoudt, gaat ten onder in ”OZ”. Al komen de gevangenen er precies terecht door inbreuken op die codes. Ook langdurige gevangenisstraffen spelen zich af in een relationele setting die de maatschappij buiten spiegelt.




Love sucks. There’s nothing to be gained from your pains, except more pain” Augustus Hill, Prisoner of Oz #95H522