knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

Kaddisj voor een Kleurrijk Vlaanderen.

18 mei 2006

 

Merkwaardig toch dat zovele politici, deskundigen, journalisten, advokaten en burgers het voortdurend hebben over ‘zinloos’ en ‘extreem’geweld, wezenlijk geschokt door de racistische moorden te Antwerpen. Zinloos, want het was een onschuldig kindje. Zinloos, want het moet in een vlaag van zinsverbijstering gebeurd zijn. Onbegrijpelijk, want het was een doorsnee knul uit Wilrijk,  met familie bij het Vlaams Belang. Onbegrijpelijk, en dus is de dader ‘ziek’, het slachtoffer van een acute psychose. Niet te bevatten, al verklaarde hij meteen uit racistische motieven te handelen. Niet te bevatten, dat dit kan in ‘onze’ stad, bij ‘onze’ mensen. Wij neutraliseren de dader liever als ‘geen van ons’. Wij duiden hem graag als slachtoffer van het boze dat door de computerspelletjes in hem is gevaren

En toch was de koele, berekende eliminatie van ‘vreemdelingen’ voor de dader en zijn geestesgenoten helemaal niet ‘zinloos’. Integendeel, het is zingevend voor het gedachtegoed van hun leefwereld: doden als een machinale handeling – onverhoeds en lafhartig in de rug geschoten – het lang verwachte Mene Tekel.

Het doorgronden van de zinvolle betekenis van deze racistische slachting kan helend zijn voor de rouwenden en erger voorkomen, gesteld dat dit voor de beleidsverantwoordelijken in dit land een fundamentele bekommernis zou zijn.

Wie de toppositie van Vlaanderen op de racismeschaal van alle Europese volkeren verklaart als het gevolg van eeuwenlange overheersing door vreemde machten – zoals Herman Van Rompuy (CD&V)  – spint garen bij een mythische identiteitsvorming, eigen aan ‘losers’. In de negentiende eeuw werden verschillende bestuurlijke en economische entiteiten  samengevoegd rond een sterk hertogdom Brabant en voorzien van een eigen mythologie om een identiteit te smeden van revanche. Rancuneuze lijm voor een natiestaat hoor je niet alleen in het Poolse volkslied – En nog is Polen niet verloren – maar ook in dat van Vlaanderen – Ze zullen hem niet temmen, de fiere Vlaamse Leeuw.
Het is de mythe van een volk dat heeft weten stand te houden tegen de vreemde overheerser, zolang een Vlaming leeft. En vandaag is die vreemde weer in ons land aanwezig, zichtbaar maar onverstaanbaar, opvallend maar onbegrijpelijk.
Zal ons volk van ‘losers‘ en ‘consumenten’ weerstand kunnen blijven bieden? Moeten de beste zonen uit ons midden hun maatschappelijke verantwoordelijkheid niet opnemen en het vuile handwerk verrichten opdat Vlaanderen vrij blijve van vreemde smet?
Treedt eenzelfde identiteitsvorming niet op bij allochtonen die zich als minderheid in een underdogpositie opstellen? We sluiten ons aaneen in clans, bendes, groepen, nationaliteiten, culturen, godsdiensten waar we de gelijken veilig willen herkennen aan het minderwaardig verklaren van de andere. Gesloten – vaak etnisch gedefinieerde – groepen leven in onze maatschappij vooral naast elkaar. Nieuwkomers in een multiculturele samenleving zoeken hun illusie van een warm welkom in de herkenbaarheid van de eigen cultuur. De ander wordt dan vaak als vijandig ervaren, als een te bewinnen kudde voor creatieve ondernemers. En omgekeerd.
Onzekerheid is een ramp voor mensen die verlangen naar een veilig perspectief om hun leven te leiden en kinderen op te voeden. Onzekerheid is vandaag de norm. Al wordt door politici luidruchtig beloofd de riante inkomsten van managers in overheidsdienst of privé-bedrijven af te toppen, de gewone arbeider en bediende moeten reëel inleveren of opzouten. Al wordt van iedereen het hoogst mogelijke diploma geëist, finaal blijken zeer velen geen echte job te vinden. Al wordt een goeie opvoeding voor onze kinderen de waarborg voor de toekomst genoemd, in de ratrace maken alleen tweeverdieners kans om echt aan de armoedeval te ontkomen. Al neemt de werkeloosheid toe, de pensioenleeftijd moet steeds weer verlaat en toch geraken knelpuntberoepen niet ingevuld.
Creatieve vrije ondernemers en populistische politici zijn erin geslaagd om op grote schaal de illusie van de onmiddellijke consumptie in onze hoofden te planten, als de dwingende nood aan de directe bevrediging van al dan niet aangeprate behoeften, zoals een gratis MP3 speler.
Is het verwonderlijk dat die consumenten zich langdurig misbruikt weten? Is het verwonderlijk dat sommigen onder ons overgaan tot vormen van zelfverminking, tot de reële beleving van hun fantasieën over zuiver en vrij van vreemde smet, over andersgelovigen die vooral mindergelovig en minderwaardig heten?
Worden wij niet vaardig als zwijnen naar de slachtbank geleid met een plank voor onze kop om de illusie te creëren dat er geen uitweg meer is? Wordt ons niet verteld dat de breuk tussen kapitaal en arbeid vervaagt in een wereld waar het kapitaal heen en weer flitst naar de stallen met nog grotere winstmarges? Wordt iedere vorm van internationalisme niet gesmoord in populistische slogans over eigenbelang? De sp.a voorzitter wil zelfs niet weten van een omschrijving als ‘racistisch’ geweld, het gaat volgens hem om ‘extreem’ geweld – zinloos en onbegrijpelijk en dus zonder verband met een racistische visie op een samenleving.
Vandaag is de vrije markt een slachthuis met dagelijks de bloederige beelden van het doden van overbodige en dus zinloze mensenlevens, in uitzichtloze oorlogen, door het razende autoverkeer of met al dan niet geregistreerde vuurwapens. Willen wij in een Kleurrijk Vlaanderen samen kunnen leven, dan moet die vrije markt een plaats van ontmoeting zijn in respect voor de ander. Wie de openbare ruimte betreedt, doet dit in veiligheid met open handen want de staat moet het monopolie op geweld exclusief beheren. Bijgevolg wordt verkoop, bezit en gebruik van alle vuurwapens verboden, tenzij in gesloten en bewaakte ruimten voor wie de onbedwingbare behoefte heeft te wedijveren in de kunst van het schieten. Verschillende bevolkingsgroepen en culturen ontmoeten elkaar in onderwijs waar geen exclusiviteit naar geloof of cultuur kan bestaan. Tegenover een passend vervangingsinkomen moet zinvol werk staan in een sociale economie van onderwijs, over mobiliteit,  welzijn en openbare diensten tot  gezondheidszorg. Zo’n maatschappij is creatief en innovatief op een sociale humus, waar het goed en veilig leven is, zodat smetvrees van ‘losers’ voor het vreemde en het andere verdwijnt voor een zelfbewuste nieuwsgierigheid en een veilige wens tot een vruchtbare ontmoeting met de andere, ook met wie van verre gekomen is. Culturen als buren in de Zinnekesparade van Brusselse straathonden kan ook in de sinjorenstad met een Ommegang van Nello en Patrasche, de Hond van Vlaanderen.


 

Leave a Comment

Please note: Uw reactie wordt bekeken voor publicatie, dit kan even duren.