knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

Michel Serres, De parasiet

8 februari 2024


uitg. Boom 1980 – 2023



In De parasiet laat de Franse filosoof Michel Serres zien dat het leven door en door parasitair is. Leven betekent dat je neemt en er niets of weinig voor teruggeeft. Dat geldt voor kleine microscopische wezens, maar ook voor andere levende wezens zoals dieren, kinderen, belastingadviseurs, landbouwers, filosofen, politici en managers. Kenmerkend voor het parasitaire leven is ondankbaarheid of het uitblijven van compensatie.Toch blijft Serres niet hangen in moraliseringen. De parasiet is degene die naast (para) het eten (sitos) zit, maar juist door zijn afzijdige positie kan hij wat aan de eettafel gebeurt ook in beweging zetten, veranderen en vernieuwen. Zonder parasieten zouden we allemaal in een vermoeiend paradijs leven waar nooit iets gebeurt.De tekst zelf is ook parasitair. Serres teert op de verhalen van grote fabelvertellers als Aesopus en La Fontaine, op de ideeën van filosofen als Leibniz en Rousseau, en op de Bijbel. De parasiet is daarmee ook een boek dat naast de filosofie staat, een parafilosofisch boek dus, iets wat ook blijkt uit de literaire en lyrische stijl waarmee deze parasietenmaaltijd wordt opgedist.De Parasiet is vertaald door René ten Bos, die samen met Arjen Kleinherenbrink de inleiding verzorgde



228. ‘De levenservaring zegt bijvoorbeeld dat  een afgewezen kind nooit zichzelf  zal zijn. Ook  is  er een culturele dwang die  zegt dat een vrouw van gedaante moet wisselen. De  sociale  ervaring  tot slot leert dat om het  even wie  geofferd kan worden. Maar het is bovenal een joodse uitvinding, een  verbluffende noviteit in  de  Vruchtbare Sikkel,  die  zegt dat de  geofferde vervangen moet worden of dat het slachtoffer plotsklaps iets  anders moet zijn: een bok, een geitenbokje, maar ook het begin van een heel andere serie.’



239. Hij ziet meteen  dat  de  stad  van de  kastanjes  leeft die de  boeren uit de boom halen en dat de stedelingen zullen blijven eten  totdat de boeren dood neervallen. De  twee ratten zijn geen tafelgenoten  meer, maar staan, precies als  de  aap  en  de  kat, in een  reeks. Raton  is niet tevreden, de  boer trekt zich  voor altijd terug. Achter hem vreet de mensheid zich  vol; hij voedt mensen, maar zij doden hem. Ooit  was hij bang en had  hij goede  redenen om bang te  zijn. We maken vandaag de  dag de tijdloze waarheid mee die  de fabel al  aankondigt: niet alleen het vluchten  van de boer, maar  ook de moord  op  hem. De hele landbouw,  oeroud en primair parasitisme, wordt vernietigd ‘door hogergeplaatste parasieten die aan het lawaai  van de Megalopolis gewend zijn. Stadsratten hebben  de veldratten verslonden. Zoals de magere  koeien  de  vette  koeien opvreten. Deze imbecielen bevroeden niet  wat  er  zal gebeuren als de boeren verdwenen zijn.’



287. ‘Anders gezegd is het  bedrog (imposture) uitstekend gelukt.  Want de term  imposture heeft ons gepermitteerd de  link te vergeten  met belasting heffen (perception d’impôt) of  met wat  we exactie  (knevelarij,  uitknijpen) noemden. Imposture is een  term  die de aandacht verlegt naar zwendelarij en religieuze huichelarij, en zo bedekt hij de economische  handeling van het  onttrekken of verduisteren. Toch is de religie niet wezenlijk.  Als  het nodig zou zijn  om vandaag een nieuwe  Tartuffe te schrijven, dan zouden een ideoloog, een politieke moralist of een avant-gardistische intellectueel degenen zijn die hun  zakken vullen en de  macht grijpen  door  de mensenrechten te verdedigen en net te doen  alsof  ze bereid  zijn zich ervoor op  te  offeren. Als mij nu over  Tartuffe  verteld zou worden, dan  zou  ik hem  zien  als een econoom, financieel  expert of inderdaad  belastingadviseur. O, ik  kan er  niets aan doen, zegt hij  over die myriaden aan invorderingen en  afpersingen, het is een  noodzakelijk gevolg van  economische groei,  van geld en van productiviteit.  De hemel is van plaats  veranderd, maar de strategie is hetzelfde gebleven. Een  Tartuffe weet zijn lokale  afpersingspraktijken altijd te  voorzien  van een globale theorie.’



‘Helemaal  blut is Tartuffe  bij een rustige familie binnengekomen, en daar  ging het  hem goed;  zijn gedrag is precies dat van een parasiet:  hij zet niet alleen het testament, maar  ook de vrouw en het vermogen naar zijn hand, hij  verjaagt iedereen met als doel zichzelf als heer des  huizes te vestigen. Hij plaatst ons voor een dilemma: uitsluiten of  uitgesloten  worden. De schijnheiligheid komt hier  slechts  op  de tweede plaats, ze is  hier een  middel, een  methode. Wat  is schijnheiligheid?



Om  de onvermijdelijke afweer-  of uitsluitingsreacties toch te vermijden scheidt een  dierlijke parasiet  in de  buurt  van het contactpunt  tussen zijn eigen  lichaam en  dat  van de  gastheer weefsel af  dat identiek is aan dat van zijn  gastheer.  Het  geparasiteerde, misbruikte en bedrogen lichaam reageert niet meer (zoals de bedoeling was), maar accepteert  de bezoeker, het handelt dus  alsof deze een eigen orgaan  is. Het lichaam stemt ermee in de bezoeker te onderhouden en buigt derhalve voor  diens eisen. De  parasiet is een  mimespeler. Hij  speelt niet zozeer dat hij  een ander is, hij speelt dat hij dezelfde is.’


Reacties graag naar mailadres.