knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

vrt deredactie.be – Opinie: Bedenkingen bij terreur in Oslo

31 juli 2011

Bedenkingen bij terreur
26 / 07 / 2011

?Het kwaad kan een mens doden, maar het kan geen volk vernietigen?, zo sprak de Noorse premier Jens Stoltenberg troostende woorden bij de herdenking van de terroristische schietpartij en bomaanslag in Oslo. Met dit appel op een nationalistisch eergevoel probeerde de sociaal democratische leider de pijn te verzachten van de nabestaanden en al wie zich geraakt voelt door de kogels van rechts. Hand in hand biedt samenhorigheid soelaas: de kracht van eendracht.

Niet voor niets dragen landen een religieus symbool in hun vlag. Ook in Europa.
Scandinavische landen zagen zichzelf in het voorbije millennium eerder als een belangrijk bruggenhoofd van het christendom en in de vorige eeuw als democratisch bastion tegen de belendende Sovjetunie.
Al bleven ze in het Vlaamse collectieve bewustzijn vooral geassocieerd met woeste rooftochten van Vikingen, dan wel met een vrolijke vrijheid als gevolg van een halve eeuw sociaaldemocratisch succesbeleid.
Internationaal richtten deze landen zich sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw op belangrijke vredesinitiatieven, niet alleen in het Middenoosten.
Forse ontwikkelingshulp en militaire ondersteuning van VN vredesmissies gingen gepaard met een zeer ruimhartig immigratie- en asielbeleid.

Onder het plaveisel het moeras
Soms werd dit christelijk-humanitaire ideaalbeeld verstoord door duistere complotten en moorden op politici zoals Olof Palme en Anna Lindh in Zweden.
Succesvolle misdaadliteratuur en hooggewaardeerde crime series op tv en dvd suggereerden onder het plaveisel een beklemmend moeras.
In de deprimerende noordelijke duisternis kreeg een christelijke moraal, hand in hand met socialistische volksverheffing, amper vat op een merkwaardig gebruik van genotsmiddelen zoals alcohol, met comazuipen en hoge zelfmoordcijfers.
Niet alleen de succesvolle Zweedse Millenniumserie van Stieg Larsson onthult donkere kanten van het Scandinavische model. Veel van hun – ook buiten eigen land – succesvolle schrijvers, zangers en filmmakers zoeken naar een diagnose voor die maatschappelijke spanningen. Hun verhalen slaan aan wegens het herkenbaar als dwaallichten en Sint Elmusvuur in kerkgenootschappen, in zichzelf gekeerde afgelegen gemeenschappen en in een stedelijke omgevingen waar de migratiespanning de vonk aan het moerasgas houdt.
In Denemarken werden dit voor het eerst duidelijk electoraal vertaald. Heersende politieke leiders hadden aanvankelijk geen ander weerwoord dan hel en verdoemenis af te roepen over racisme, nationalisme en eigenbelang. Ze struikelden over uitgebreide spindokter-technieken om toch maar zelf de troon van de macht te blijven bezetten. Hun pleidooi voor het handhaven van eervolle en belangwekkende internationale en nationale solidariteit was vurig en profetisch.
Maar in de praktijk klonk het globaliseringsoptimisme van de linkse elite vooral ijdel in de oren van de traditionele sociaaldemocratische achterban en de bekneld geraakte middengroepen. Niet alleen in de Scandinavische landen.

Ontheemd in een geglobaliseerde wereld
In Nederland wees in het voorjaar Ren? Cuperus van de sociaaldemocratische Wiardi Beckman Stichting op een Engels onderzoek van de anti-racisme organisatie Searchlight. Ruim de helft van de Britten voelt zich ontheemd in de globaliserende wereld van arbeidsonzekerheid, massamigratie en individualisering. Men hunkert massaal naar houvast en identiteit, iets wat de gevestigde en technocratische politiek niet kan of wil leveren. Het gangbare Britse twee partijenstelsel bleek dit zeer groot nationaal-populistisch potentieel onder de bevolking aan het oog te onttrekken.
In de Volkskrant van 4 juli 2011 werd bekend gemaakt dat in Nederland economen in het verleden gezwegen hebben over de kosten van de immigratie. Bij zijn promotie bevestigde Joop Hartog van de Universiteit van Amsterdam dat er sinds de jaren zeventig al consensus bestond onder economen dat de hogere bevolkingsdichtheid die grootschalige immigratie meebrengt, niet gepaard gaat met een evenredige stijging van het inkomen per hoofd van de bevolking. Toch hielden economen zich afzijdig in het politiek beladen debat over immigratie, terwijl vooral sociologen en cultureel antropologen een pro-immigratie standpunt innamen.

Massale migratie in een verzorgingsstaat
De Nederlandse publicist Paul Scheffer was de eerste die het lef had in het artikel in NRC Handelsblad ?Het multiculturele drama? (januari 2000) dergelijke conclusies te verwoorden. In zijn ?Land van Aankomst? (2007) ging hij verder : ?Het samengaan van massale immigratie en de verzorgingsstaat is uniek: er zijn geen andere voorbeelden van in de geschiedenis. De gevolgen zijn voor iedereen zichtbaar: grote groepen migranten zijn in een situatie van afhankelijkheid geraakt. Wat een initiatiefrijk deel van de samenleving zou moeten zijn (immigranten zijn immers bij uitstek overlevers) is verworden tot het meest onbeweeglijke deel van de bevolking.(p.38) (?) Het is niet zozeer dat nieuwkomers de banen van de ingezetenen wegnemen. Zeker in tijden van hoogconjunctuur valt de verdringing van de eigen bevolking reuze mee, want de migranten scheppen door hun activiteit ook nieuwe werkgelegenheid. Maar de Amerikaanse econoom George Borjas maakt duidelijk dat de huidige immigratie, ook die in de Verenigde Staten, de sociale ongelijkheid doet toenemen: welvaart vloeit weg van de werknemers die concurreren met immigranten en gaat naar de werkgevers en anderen die gebruik maken van de diensten van immigranten. Zijn bondige conclusie is: ?Werknemers verliezen doordat immigranten de lonen verlagen. Werkgevers winnen omdat immigranten de lonen verlagen.? Het gaat dus om belangrijke keuzen, die te maken hebben met het maatschappijbeeld dat men koestert.(p.113)

Nationalisme biedt een identiteitsgevoel
Wanneer politieke leiders geen oog hebben voor deze problemen van hun achterban verliezen ze hun legitimiteit, al kunnen ze dit door alle mogelijke electorale hoogstandjes vaak nog lang verborgen houden.
Wanneer mensen zich niet langer kunnen herkennen in het ideaal dat hun leiders minstens met woorden belijden, keren ze zich gedeprimeerd van hen af ten prooi aan woede en wrok. In tijden van vertwijfeling bieden oude verhalen met een mythische glans van zuiverheid makkelijk nieuw houvast. Het verleden is steevast groots en het eigen volk kan zich dan nog spiegelen aan verloren waarden en normen zoals religieuze symbolen in nationale vlaggen wapperend suggereren.
Nationalisme biedt een identiteitsgevoel, zoals de Noorse premier het maandag verwoordde: ?Het kwaad kan een mens doden, maar het kan geen volk vernietigen?.
In zo?n klimaat ruiken ?lone wolves? hun kans. Mensen die zich om allerlei redenen – vaak gebaseerd op frustratie, rancune en wrok – minstens mentaal vervreemd voelen van een gemeenschap van gelovigen kunnen zich profetisch geroepen voelen. In een samenleving waar zij zich nauwelijks nog herkennen als betekenisvolle deelnemer kan dit leiden tot extreem gewelddadige ?shootings? en zelfmoordaanslagen.
Door de schaal waarop dit zich de laatste decennia voordoet, zijn dit geen ?toevallige incidenten? meer. Zeker gezien het vaste patroon waarbij mensen willekeurig gedood worden als slachtvee om de moordenaar te vergezellen in zijn eigen spectaculaire afscheidsboodschap voor de wereld.

De geschiedenis herhaalt zich. Maar hoe?
In Noorwegen beklemtoonde de dader in uitgebreide ideologische en politieke geschriften zijn spiegeling aan vroegere zelfmoordterroristen in de naam van een politiek of religieus ideaal. Met hun ideaal, indoctrinatie, zelfbegoocheling en haat die het hart verwarmt, verloren ze iedere empathie met de ander.
Dat dergelijke einzelg?ngers, politieke of religieuze sektes vroeg of laat terecht kunnen komen in het rollenspel van de strijd om de politieke macht lijkt met het oog op vergelijkbare fenomenen in de voorbije eeuw evident.
Maar wie prat gaat op een progressief wereldbeeld moet toch ook de banale uitdrukking kennen: ?De geschiedenis herhaalt zich: de eerste keer als tragedie, de tweede keer als klucht. Nee. Er is nog een derde weerspiegeling van dezelfde gebeurtenissen, van hetzelfde onderwerp, een weerspiegeling in de ?lachspiegel? van de onderwereld. Het onderwerp is onvoorstelbaar en tegelijk werkelijk, het bestaat echt en leeft naast ons. (Jacq Vogelaar in ?Kampliteratuur?)
Dat hebben de slachtoffers van Anders Breivik ondervonden.
Dat weten lezers van de Noorse Nobelprijswinnaar literatuur van 1920 Knut Hamsun die in 1943 zijn medaille aan de Duitse propagandaleider Goebbels schonk.

Interneren en uitsluiten of een openbaar debat?

Je kan dergelijke figuren ook herkennen als kanaries die mijnwerkers waarschuwden voor het reuk- en kleurloos gevaar van mijngas dat vrijkomt door grote verschuivingen in de ondergrond.
Je kan ze beschouwen als klokkenluiders tegen wil en dank die een openbaar proces voor een rechtbank moeten krijgen in plaats van hen achter gesloten deuren te interneren als geesteszieken. Wie weigert het grote publiek te betrekken bij de veroordeling van deze mensen en hen snel wil af serveren als niet toerekeningsvatbaar, ontkent de betekenis van hun woorden en daden. Een open en democratische samenleving wordt juist sterker door het publieke debat over afwijkende politieke meningen, eerder dan ze monddood te laten voortwoekeren.
Evenmin keer je dit proces door ?een oproep aan alle Europese leiders om de xenofobe politieke retoriek aan de kaak te stellen die mogelijk de aanleiding is geweest voor het bloedbad dat afgelopen vrijdag in Noorwegen heeft plaatsgevonden?, zoals de Zweedse Europese Commissaris voor Interne Zaken Cecilia Malmstr?m schreef: ?Helaas verdedigen te weinig Europese leiders de diversiteit en het belang van een openbare, tolerante en democratische samenleving waar iedereen welkom is?.
De Europese leiders zijn er tot op heden nauwelijks in geslaagd om tegenover hun eigen vaak eng nationalistische ideologie?n en Europese beleidsvoering een moderne symboliek en identiteitsvorming te stellen. Een vlag, een hymne en bankbiljetten was velen van hen zelfs teveel.
?Eendracht maakt macht?, geldt enkel in geval de bereidwillige deelname van de velen. Mensengemeenschappen die zich miskend voelen, zullen zo?n deelname blijven weigeren. (Palestijnen, Koerden, Tsjetsjenen, Schotten, Zuid-Soedanezen en de gedwongen deelnemers aan machtige multinationale rijken uit het verleden, inclusief de Sovjetunie). Enkel wanneer gemeenschappen respect op basis van gelijkwaardigheid ervaren, komt het tot een echte unie (Zwitserland, Duitsland).

Voor wat, hoort wat!
Voor de liberale, sociaal- en christen-democratische politici luidt intussen de bel.
Vele migranten met kinderen en kleinkinderen hebben zich goedschiks en kwaadschiks gesetteld in de meeste Europese steden. Sinds de zogenaamde ?Arabische lente? begrijpen zij vaak veel beter wat de voordelen zijn van actieve deelname aan een open, democratische samenleving. Al blijven nog steeds veel gelukzoekers binnenstromen verkleed als asielzoekers, gestuurd door de economische kracht van de familie op het thuisfront. Mensenhandel is in een geglobaliseerde wereld immers ook een lucratieve bezigheid voor helpende handen.
Wie hierop een antwoord wil geven en dus een perspectief aan kiezers in nood kan zich inspireren aan een nieuwe sociale strategie, die van de wederkerigheid: ?Voor wat, hoort wat!? zoals recent een aanzet hiertoe door de Antwerpse burgemeester Patrick Janssens werd geformuleerd.

Reacties graag naar mailadres.