knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

vrt deredactie.be Opinie: Caritatieve hardnekkigheid?

24 oktober 2011

Therapeutische hardnekkigheid?
19 / 10 / 2011

?Als zieken ervaren wij onze toestand wellicht als minder ondraaglijk dan wij vreesden toen we gezond waren. Maar zo absoluut hoeven we de gedachte aan een toekomstige toestand niet af te wijzen. Andersom geldt immers hetzelfde. Een ziekte kan vele malen ondraaglijker zijn dan wij ons ooit voorgesteld hadden. Bovendien leven we niet alleen in het heden. Verleden, heden en toekomst zijn geen onafhankelijke, statische toestanden die elkaar afwisselen. In het heden, stelt Maurice Merleau-Ponty, komen het verleden en de toekomst tot uitdrukking. De toekomst is geen doel op zich, maar we zijn wel, omdat we handelende wezens zijn, per definitie gericht op de toekomst. We mogen echter niet vergeten dat de tijd zoals wij die benoemen niet de tijd is. Afzonderlijke tijdsperioden zoals verleden, heden en toekomst zijn constructies.? Monica Soeting, Tussen wet en werkelijkheid – 2005.

In Belgi? bestaat het ?LevensEinde InformatieForum? met LEIF-artsen, die door hun collega-artsen gevraagd worden om advies bij moeilijke beslissingen rond het levenseinde. Bovendien voorziet de Belgische euthanasiewet in een verplichte raadpleging van een tweede arts (en bij niet-terminale pati?nten van een derde arts).

In Nederland voorziet de wet op ?euthanasie en hulp bij zelfdoding? de mogelijkheid van een consult door een SCEN-arts, als ?Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland?. Deze onafhankelijke arts moet een beredeneerd, open en schriftelijk verslag opstellen als onderdeel van de zorgvuldigheidseisen van de ?wet toetsing levensbe?indiging en hulp bij zelfdoding?.

De SCEN arts moet de consult vragende arts spreken, het dossier bestuderen, een gesprek hebben met de pati?nt (liefst ook met de naaste familie en andere nabij betrokken hulpverleners). Hiervan wordt een schriftelijk verslag met advies aan de consultvrager bezorgd.

In de aan de gang zijnde discussie over therapeutische, palliatieve en zelfs caritatieve hardnekkigheid kan zo?n verslag vaak verhelderend werken. In een geanonimiseerd verslag hieronder werd het medisch jargon vertaald.

Consultatieverslag inzake verzoek om euthanasie.

Op – datum – kreeg ik het telefonische verzoek van de behandelende huisarts N.N. van mevrouw A. voor een SCEN consult bij haar. De medische gegevens, de ondertekende euthanasieverklaring op (datum) werden mij per e-mail bezorgd. Vooraf waren noch de behandelende huisarts noch de pati?nte mij bekend. Ik bezocht betrokkene op – datum + 1 dag om 18 uur.

Voorgeschiedenis:

Slagadervernauwingen onderbenen sinds jaren, hoge bloeddruk, hersenbloeding met blijvend krachtsverlies rechter hand en been sinds 1999, botontkalking met indeukingen van borst- en lendenwervels, alsmede uitgebreide artrose. Pati?nte rookte lang en intensief sigaretten. (68 jaar tot 20 per dag).

Sinds ruim een jaar toenemende buikklachten gepaard aan gewichtsverlies (51 naar 38 kg op 6 maanden) Onderzoek bij maag-darm-leverziekten leverde geen duidelijke oorzaak op. Als vermoedelijke diagnose werd verminderde darmdoorbloeding weerhouden.

Na deze ziekenhuisopname vier maanden geleden ging het aanvankelijk wat beter onder pijnstilling met paracetamol en tramadol, persantin, aspirine junior, actonel en zolpidem.

Huidige toestand:

Mevrouw opende zelf de deur. Zij was erg mager, fragiel en kort van adem maar stond er toch op thee te zetten voor ons gesprek. Zij was alert, volgde nog de actualiteit via radio en tv, maar verloor veel van haar vroegere vitaliteit: ?Het kost me steeds meer moeite om bij te blijven met wat er in de wereld en in Nederland aan de hand is. Soms prijs ik me zalig dat ik nu zal kunnen sterven en al die financi?le crisissen en oorlogen niet meer moet meemaken zoals de jonge mensen van vandaag.? De steeds vaker voorkomende buikkrampen, die haar soms de adem afsnijden, en de reeds lang bestaande schietende rugklachten maken dat ze er tegenop ziet ?s ochtends nog uit haar bed te komen. Ze wist dat vandaag de SCEN arts zou komen en daarom had ze de kamer gelucht en zich nog opgemaakt. Ze kan sinds de laatste ziekenhuisopname zelf niet meer buiten uit haar galerijflat op de 8ste verdieping en vraagt zich wel eens af of het niet allemaal makkelijker zou zijn wanneer ze zich het leven zou benemen door van de galerij te springen: ?Maar dat is zo?n triest gedoe, dokter, want we hebben het hier al eens meegemaakt en dat wil ik de buren niet aandoen.?

Vorig jaar lukte het nog met haar scootmobiel een ommetje te maken door de wijk. Iedere maand kwam een neef of nicht die allemaal veraf wonen op bezoek. Maar ook met hen kon ze niet meer uit eten gaan door de pijn en de misselijkheid. Nu eet mevrouw nauwelijks nog, ze drinkt kleine beetjes en eet wat lauwe pap met honing. Haar ontlasting is problematisch geworden en de laxeermiddelen vindt ze walgelijk.

Mevrouw heeft geen kinderen, had een goed huwelijk waarbij haar man 14 jaar geleden plots in zijn slaap overleed: ?Het was vreselijk om zo van hem afscheid te moeten nemen, maar achteraf gezien ben ik heel erg jaloers op hem, want ik wil dat het ophoudt, maar het gaat bij mij niet plots noch vanzelf.?

Toetsingscriteria:

Mevrouw heeft na de dood van haar man een euthanasieverklaring ondertekend en neergelegd bij haar vorige huisarts. Sindsdien heeft ze om de vijf jaar een hernieuwing ingevuld en ondertekend. Zij heeft hierover na het overlijden van haar man eenmalig gepraat met haar neef en nichten. Sinds de ziekenhuisopname in het voorjaar heeft ze hen op de hoogte gebracht dat ze er klaar voor was. Ook met haar huisarts heeft ze herhaaldelijk gepraat over de euthanasiewens. Na de ziekenhuisopname deed ze dit bij elke visite omdat ze voor zichzelf vond dat ze klaar was met het leven.

Mevrouw had in haar vijftigjarige professionele loopbaan bij hetzelfde bedrijf een verantwoordelijke functie verworven als directiesecretaresse. Zij was steeds zeer zelfstandig en regelde alles zelf. In 1989 is ze met pensioen gegaan maar pas na het overlijden van haar man is ze effectief gestopt in de zaak waar ze tot dan nog steeds de drukke periodes, vakanties en ziekteverzuimen mee hielp opvangen. Dit nadat haar auto gestolen was. Deze domper op haar mobiliteit en zelfstandigheid onderving ze verder met een taxi abonnement. Ze hield de laatste jaren erg veel van de maandelijkse gastronomische uitjes met haar nichten en neef die daarbij graag een beurtrol aanhouden.

Het toenemende verlies van haar zelfstandigheid stoort haar zeer. Vooral sinds ze na de ziekenhuisopname niet meer buiten kan komen: ?De dokters kunnen er niets meer aan doen. Het zou door mijn rookgewoonte gekomen zijn. Bijna 70 jaar aan de sigaret is natuurlijk niet niks. Het was de oude directeur die mij nog voor de oorlog heeft leren roken. Hij vond dat heel sympathiek en ook wel spannend en ik heb er altijd van genoten. In het begin kon het enkel bij hem op kantoor. En zo had ik tot voor kort nog iedere dag een paar sigaretjes. Maar zelfs daar ben ik mee opgehouden. Roken gaat niet meer. De buikpijn, de onzekere en wisselende ontlasting, de misselijkheid, mijn rug en borst, alles doet zeer. Die pleisters dempen wel wat, maar ik moet steeds meer pijnstillers nemen en ben nog slechts een schim van mezelf. Ik heb anderen niets meer te bieden dan ellende. Ik kan zelfs geen flesje of potje meer openen, ik ben nu helemaal afhankelijk van anderen, voor alles. Zo verder moeten wachten op de dood is voor mij een nachtmerrie.?

Conclusie:

Mevrouw A. verkeert in een uitzichtloze situatie wegens geen andere optie dan opvoeren van de pijnstilling. Dit is voor haar wegens het toenemende verlies aan zelfstandigheid ondraaglijk. Zij is goed op de hoogte van de vooruitzichten en verzoekt daarom herhaaldelijk, volhardend en weloverwogen om euthanasie. Ik ben dan ook van mening dat voor dit verzoek om euthanasie voldaan is aan de wettelijke zorgvuldigheidseisen.

was getekend, de SCEN-arts.

Dogma

In de discussie over palliatieve sedatie versus euthanasie en hulp bij zelfdoding met daarnaast het hoge aantal suicides bij bejaarden is het belangrijk om de werkelijkheid niet te verklaren vanuit een dogma. Als artsen door een pati?nt om euthanasie gevraagd worden, zullen zij moeten vaststellen of deze zelfstandig tot dat besluit gekomen is, en of het lijden voor die pati?nt werkelijk uitzichtloos en ondraaglijk is.

Dat kan door gesprekken met de pati?nt, de omgeving en andere hulpverleners waarbij alle betrokkenen vermijden te handelen vanuit een opgelegd idee of een dogma. Anders maken ze zich schuldig aan onechte wetenschap, omdat ze hun idee belangrijker vinden dan de werkelijkheid. Daarmee wordt ook voorkomen dat artsen hun eigen gevoelens in het contact met hun pati?nten laten overheersen.

In de praktijk zullen alle mogelijke regels, toetsingen en wetten geen sluitende waarborg kunnen bieden voor een goed uitgevoerde euthanasie. In dit soort situaties kan je aan alle zorgvuldigheidseisen voldoen, de hele procedure tot in de puntjes uitvoeren en toch fouten maken. Wie teveel nadruk legt op alle formele, zakelijke regels kan neigen tot negeren van de intu?tie.

Een huisarts die aan stervensbegeleiding doet kan zich niet permitteren geen gehoor te geven aan zijn of haar intu?tie. Artsen die zich opstellen als uitvoerders van een formele procedure, zijn een gevaar voor het leven en het welzijn van hun pati?nten. Een dokter hoort zich ook bij een verzoek om levensbe?indiging te laten leiden door empathie, zijn gevoel en verstand.

?De mens is principieel een temporele structuur. Wij zijn de tijd zelf. Een muziekstuk demonstreert dat de tijd een vloeiende beweging is en geen opeenvolging van tijdsperioden. Zoals een melodie niet strikt een opeenvolging van noten is, zo is de tijd niet op te delen in onafhankelijke tijdsperioden?. (Maurice Merleau-Ponty)

Reacties graag naar mailadres.