knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

Archief

?Kazerne Dossin – Memoriaal, Museum en Documentatiecentrum over Holocaust en Mensenrechten’

27 januari 2013

?Kazerne Dossin – Memoriaal, Museum en Documentatiecentrum over Holocaust en Mensenrechten’

 

Het nieuwe Dossin Museum staat recht tegenover de Mechelse Dossin kazerne van waaruit de nazitransporten van Joden uit Belgi? plaatshadden tijdens de tweede wereldoorlog.

Deze kazerne was vroeger reeds omgebouwd tot binnenplaats met ruime lofts, waar ook de voorganger van het huidige museum onderdak had gevonden. Dus werd de overzijde waar een oude gevangenis huisde, geruimd voor een reusachtige en helder gekleurde blok met een roestig ijzeren schuifdeur als portaal. Een beetje zoals het classicistische fronton dat tegen het Museum M in Leuven lijkt gekleefd.? ?M? werd bekleed met travertijn waardoor de kleurvoering in Mechelen vergelijkbaar is. In beide locaties wordt aan de voorgevel de toon gezet. Al is het feestelijke Mechelse vlaggenpatroon tussen beide gebouwen wat merkwaardig.

De enkele resterende treurwilligen volstaan immers ruim om het nieuwe Dossinblok in een wat menselijker evenwicht te brengen.

Binnen noodt het gelijkvloers naast de balie en de eenzame man in een hoek uitgesloten van de rest tot bezoek aan de videofilmen over onrecht in de wereld.

Het bezoek is een klim van Massa op de eerste verdieping, naar Angst op de tweede en Dood op de derde. De vierde heeft een prachtig ramenuitzicht over Mechelen en een inkijk op de binnenplaats van de Dossinkazerne waar? het allemaal begon.

De opstelling van herinneringen is goed doordacht en handig voor de talloze schoolrondleidingen. Ondanks bijzonder weinig origineel materiaal wordt een boeiende toelichting gegeven bij het ontstaan van het nazisme, de Jodenhaat en het leven van Joden in Belgie voor de tweede wereldoorlog. Ook aan de zigeuners wordt een hoofdstuk van stigmatisering en registratie gekoppeld. Binnen de getuigeniskasten is de audiogids handzaam om de verhalen te begrijpen van de vele typerende levensverhalen.

Angst behandelt rassenhaat en vervolging, in Antwerpen. De registratie, Jodenster, razzia?s en het verzet.

Dood gaat over de situatie in de echte Dossinkazerne aan de overkant, getto?s en uitroeiing.

Ook aan onderduiken wordt kastenwand gewijd. Maar op de geografische spreiding van de onderduikadressen (19.1) wordt de barmhartige stede Geel niet vermeld, ook al werden daar talloze Joden en Joodse kinderen verborgen voor deportatie en vernietiging.

http://www.nieuwsblad.be/article/detail.aspx?articleid=FU3J6U35

 

Er wordt ook aandacht besteed aan de bestraffing van de nazi?s en hun medewerkers: ?In Antwerpen kwam het noch voor burgemeester Delwaide, noch voor hoofdcommissaris De Potter tot een proces. De Potter bleef in dienst tot aan zijn pensionering in 1947 en werd bij die gelegenheid uitvoerig gehuldigd?.

De Kazerne Dossin heet ?Memoriaal, Museum en Documentatiecentrum over Holocaust en Mensenrechten?, maar van dat laatste is niet veel te merken.? Toch was dat naar ik me herinner een van de doelstellingen van het museum zoals het destijds door de Vlaamse regering onder minister president Dewael werd opgevat.

Dit is een pijnlijk en zelfs schrijnend mankement dat onmogelijk volstaat met een grote foto op de muur van de drie verdiepingen en in de bezoekersgids over een hedendaagse – vermoedelijk Kroatische – massa enthousiasme en de Chinese dissident met het plastiek tasje voor de tanks op weg naar Tien Anmen.

De ernst en de kwaliteit van de rest van de tentoonstellingselementen staat in schril contrast met dit soort populistische oprispingen.

Ook aan de rol en de betekenis van Joodse verraders en handlangers van de nazi?s, alsmede het verzet tegen diezelfde nazi?s wordt veel te weinig aandacht besteed. Op die manier blijf je de tweede wereldoorlog en het nazisme focussen op het lot van de Joden en de holocaust.

 

Dat er nog heel wat meer achter de muren huist van het museum Kazerne Dossin blijkt o.a. uit het artikel met links van Gie van den Berghe op De Wereld Morgen: ?Achter de schermen van de Holocaust?.

Ook deze publicatie van Gie van den Bergh bevat veel achtergrondinformatie.

Archief

The Killing I – II – III : Forbrydelsen of De Misdaad

25 januari 2013

The Killing ? in het Deens Forbrydelsen of De Misdaad is een Deense TV misdaadserie nu ook op DVD van de Danmarks Radio.

 

Gemeentepolitiek.

In deel 1 wordt 20 dagen lang de moord op een jong meisje onderzocht onder leiding van Detective Inspector Sarah Lund, schitterend gespeeld door Sofie Gr?b?l. Het is er omzeggens altijd donker en duister, niet alleen in de geesten van de mensen maar ook in Kopenhagen en omgeving, niet in het minst in de gemeentepolitieke van de Deense hoofdstad waar bijzonder realistisch de strijd om de macht verweven blijkt met allerlei gebeurtenissen die van ver of dichtbij met de gruwelmoord te maken hebben.

Wegens het enorme succes in heel Europa werd intussen gezorgd voor een Amerikaanse remake. Zoals voor de Millenniumtrilogie moet voor de Amerikaanse markt alles van beeld en woord herwerkt worden. De gevoelige zielen aldaar kunnen Scandinavische verhalen niet echt aan.

 

Buitenlands beleid.

In deel 2 blijft Kopenhagen, Denemarken en de hele wereld duister en somber, gehuld in mistend kunstlicht met hier en daar een walmende kaars.
Dit keer is de plot nog -tig keer geraffineerder opgebouwd tussen het Afghaanse heen en weer van de Deense krijgsmacht, de politiewereld ? Sarah Lund, haar collega Strange, chef Brix ? en de nationale Deense politiek.
In een schitterende reeks afleveringen van tien keer ??n uur spiegelt de pijn van het leven zich in de drie werelden van de macht, alsof je kijkt naar de gruwelen die zich tussen levende wezens onder het wateroppervlak voordoen. Vervormd, gebroken, gerimpeld, ontbonden in fletse kleuren en vooral donker en koud.
Een reeks rituele moorden op de overlevende soldaten van een legereenheid die in Afghanistan verdacht werd van de moord op een familie met mogelijke Taliban-connecties in een afgelegen dorp, brengt bijna alle protagonisten als mogelijke daders voor het voetlicht.

Eenieder kan een motief hebben, iedereen is ergens wel betrokken en heeft redenen om niet alle ervaringen en herinneringen zomaar op tafel te leggen.
Alleen de eenheidschef die getrouwd is met de dochter van de kolonel, verpietert in een psychiatrische instelling omdat legertop en ministers geen baat vinden bij een heropening van de politiek uiterst vervelende zaak.

Initieel lijkt het er zelfs op dat de Deense Moslimliga achter de moorden zit. Eindelijk kan een forse anti-terreurwetgeving door het parlement gejaagd worden.
Ook Denemarken levert actieve steun aan de humanitaire missie in Afghanistan op verzoek van de VS wat de liberale premier Anders Fogh Rasmussen – wiens coalitie met de conservatieve partij werd gedoogd door de Deense Volkspartij – in 2009 de functie van secretaris-generaal van de NAVO opleverde.

Een spannende kijk in de Deense ( en Europese ) politiek, zij het dat namen en functies in de tv-reeks wat werden aangepast.

Op verzoek van haar vroegere chef Brix wordt Sarah Lund ? na het pijnlijk maar succesvol afronden van de vorige reeks politieproblemen (Forbrydelsen I ) verbannen naar een afgelegen douanepost ? opgehaald omwille van haar originele, divergerende kijk op politiezaken.
Haar autistische manier van in de wereld te staan behoedt haar voor de uitgezette sporen, de begane paden en het voorgespiegelde doel.
Niets is immers wat het lijkt.
Net zoals in de legerkazerne verschrikkelijke geheimen huizen in de hoeken en kanten van soldatenvriendschappen, doet dit fenomeen zich in veelvoud voor op de kabinetten van de premier, defensie en justitie waar een ?out of the box? denkende piepjonge justitieminister op een week tijd de trucks van het machtsspel doorheeft en bespelen leert.
Het heen en weer over dezelfde feiten, daders en doden tussen deze drie niveau ? politiek, politie en leger ? lijkt verwarrend maar blijft in het hoofd van de kijker nakloppen als een verhelderende benadering van eenzelfde werkelijkheid in verschillende werelden.
Net zoals in de legereenheid verlangen naar macht, pijn en passie schermen vlechten, staan die emoties op politiek niveau voor weeffouten waarlangs de werkelijkheid ontrafeld wordt.
Op politieniveau wordt dit fenomeen ten top gedreven wanneer finaal steeds duidelijker wordt hoe de gruwel het meest nabij blijkt en blijft tot in een bevrijdende catharsis.
Maar zoals in Forbrydelsen I wordt er zorgvuldig over gewaakt dat zelfs daarna ? post coitum omne animal triste est sive gallus et mulier ? iedere kijker zich vrouw of haan kan voelen.
Het ontsluieren van de ware toedracht blijft het recht, de lust en de fantasie van de kijker, ook na de catharsis.

 

Nationale politiek.

In deel 3 wordt de nationale politiek gefileerd als een halo voor een geraffineerde plot die door Sarah Lund, mede dank zij haar persoonlijke problemen en ellende, telkens weer vanuit een andere hoek tegen het spaarzame licht wordt gehouden. Deze keer overwegen ijzige tinten grijs van roest en afgebladerde verf om oud ijzer, op schepen en in het hart van de mensen waar passie nauwelijks nog lijkt te smeulen onder het mechanisch – bijna ritmisch – beuken van de grauwe werkelijkheid. Zelfs de riante regeringsgebouwen, bedrijfskantoren en landhuizen zwelgen in groen-blauw zonder zon. Waar menselijk naakt en vrolijkheid in de Scandinavische cultuur vroeger een vaste waarde leek, rest nu enkel wat contrast in het patroon van Noorse truien.

De manier waarop het Deens bedrijfsleven en de toppolitiek aldaar wordt belicht is razend interessant en met de cliffhangers is het moeilijk om niet in een ruk door te trekken naar een volgende afleveringen.

De snelheid waarmee het bijna 10 uur durende verhaal zich ontspint is duizelingwekkend. De vertolking van hoofdrol is bijzonder, pijnlijk en tragisch. Zeker in de vele parallellen tussen haar eigen leven, dat van de kidnapper en van de vader van het ontvoerde kind.

Ook nu weer is het open einde een cliffhanger van jewelste. Zowel moreel als professioneel, politiek als menselijk.

Komt zij terug voor een vierde seizoen tegen de achtergrond van de Deense rol in Europa en de NATO, dan wel de cultuur bij de Deense media?

Een mensenleven blijft altijd tobben, zeker bij onze Scandinavische buren. Maar er is met ‘The Killing’ potentieel nog veel spiegeling mogelijk voor een paar honderd miljoen kijkers in heel de EU.

 

 

Archief

vrt deredactie.be opinie: Utopie en werkelijkheid

19 januari 2013


deredactie.be – OPINIE








Utopie en werkelijkheid


17 / 01 / 2013

 

De voorbije veertig jaar hebben we gezocht, aangeklopt en soms gevonden wanneer er ergens een geur van ?avant-garde? te bespeuren viel, getekend als we waren door de boodschap: ?Zie, Ik maak alle dingen nieuw?. (Openbaring 21:5) of zoals Friedrich Engels schreef ? Socialisme van utopie tot wetenschap?. Let wel, het ging om de avant-garde van het Interbellum, die gedoemd zou zijn om eeuwig voorhoede te blijven, tot op het einde van de XX ste eeuw. Nooit werd ze gevolgd door de massa voor wie ze het allemaal placht te doen, aan het hoofd waarvan ze zich steeds weer bleef stellen. Als een perpetuum mobile in streven?

Volksopvoeding

We waren op de grote Malevitsj tentoonstelling In Amsterdam, bij El Lissitzky in Eindhoven, Tatlin in Tilburg, enz. In Frankrijk en Duitsland en Engeland gingen we steevast bij hun successen en mislukkingen langs. We lazen hun po?zie en literatuur. Vaak hadden we met hen te doen want op gruwelijke wijze hadden ze geleden. Sommigen bekochten hun kunstopvattingen met de dood. We bezochten Bauhaus in Weimar en Dessau en maakten foto?s van Russische soldaten die aardappelen schilden en hun laarzen poetsten op gammele buisstoelen in de achtertuin van Gropius? schoolgebouw waar de zon voor scherpe schaduwen zorgden. We struinden vooroorlogse huizen en weken af tot in Fiegers Kornhaus aan de Elbe op zoek naar de sfeer en de vormen – zelfs in roestig ijzer – van een adembenemende generatie kunstenaars die een concept in het hoofd, een beeld voor ogen en een nalatenschap achter de hand had. Voor later.

Dat ?later? alweer een catastrofale oorlogsperiode zou betekenen, was hen toen nog vreemd, al hielden velen kop in schouders wanneer ze het lot van hun Russische avant-garde broeders en zusters begrepen hadden.
De geur van dissidentie was ons toen reeds welgevallig maar het duurde nog lang eer we de weg begrepen van volksbevrijdende abstractie naar sociaal realistische agitprop. Het volk diende opgevoed te worden. En wie zich daar niet in kon vinden, diende zelf opgevoed te worden.

De Nieuwe Mens?

Toneel, film, taal en beeldcultuur hoorde gevrijwaard van allerlei psychologiserende onzin. Beeld werd herleid tot vorm, kleur en beweging met klank. Alles met het oog op ?De Nieuwe Mens – L?Homme Nouveau?. Wie dit soort ideologie?n en hun kunstbeleving beleed, werd zelf door de maakbaarheidsideologen gewogen en vaak te licht bevonden. In ?Modern Times? steekt Charlie Chaplin de draak met de positie van de arbeider als radertje in de industri?le machinerie. De Russische Avant Garde uit de jaren ?20 verheerlijkte die naamloze radertjes. Mensen zijn geen zelfstandig denkende en handelende individuen meer. In dit futuristische concept worden ze ??n met de machine die ze bedienen.
Propaganda affiches van de grote avant-garde schilders en ontwerpers in de socialistische en de nationaal-socialistische heilstaat doen in niets voor elkaar onder. Tijdens de Brusselse Europalia Rusland in 2005 kon je dit als toeschouwer ervaren op ?Avant-Garde in Rusland 1900-1915? in het Paleis voor Schone Kunsten? .

?zonder aangezicht

Van P.N.Filonov hing er een beklemmend portret van Stalin zonder pupillen in de lege ogen. De kunstschilder was in ongenade gevallen, kon nauwelijks nog rondkomen met klusjes en hoopte met het portret van de Grote Leider een nieuwe opdracht in de wacht te slepen.
Daartegenover hing het ?Hoofd van een boer? van Kazimir Malevitsj.
Bij Malevitsj was het gelaat van boer, proleet en sporter gesuprimeerd.
Hiermee leek het einde in zicht van een portretkunst die steunde op een maatschappijvisie waarin een individu zijn of haar positie kon opeisen.
Ruim 450 jaar eerder verschenen dergelijke portretten voor het eerst in Vlaanderen en Noord-Itali?.

Orhan Pamuk schreef hierover in zijn roman ?Ik heet Karmozijn? : ?Als je gezicht op zo?n manier wordt afgebeeld, al is het maar een keer, vergeet niemand je meer. Iemand die naar een afbeelding van jou kijkt voelt je in zijn nabijheid, al ben je nog zo ver weg. Ook iemand die je nooit in levende lijvige gezien heeft, kan, jaren na je dood, oog in oog met je komen, alsof je tegenover hem staat.?

Vooraleer de Vlaamse primitieven en Italiaanse renaissanceschilders hun portretten naar het leven maakten was overal een iconografie aan de orde van ge?dealiseerde en gestileerde afbeeldingen.
De grote disputen tussen de oosterse en westerse kunstenaars waren in Malevitsj en Filonov tot stilstand gekomen.
In het vaderland van het maakbare socialisme werd het gelaat van proleten herleid tot lege iconen: een naamloze kudde.

Utopisch absolutisme

Volgens El Lisstzky ?construeert de kunstenaar een nieuw symbool met zijn kwast. Dit symbool is geen herkenbare vorm van iets dat al af is, dat al gemaakt is, of dat al aanwezig is in de wereld. Het is een symbool van een nieuwe wereld, die gebouwd is op en bestaat in de wijze van het volk.?

Het absolutisme van dit soort kunst erkennen was een moeilijke traject. Er was de kleurencompositie die geen diepte toeliet, die het leven in ??n vlak, in ??n dimensie dwong. Er was de architectuur voor arbeidershuizen en de repetitieve sociale woningen waar het leven van de bewoners binnen strak getekende kaders en langs voorgestippelde lijnen diende te verlopen. Proleten en procreatie dienden hun lijf en leden te voegen in de mallen van bevrijdend leed, zij het hygi?nisch verantwoord en medisch preventief uitgebalanceerd: de robot in zijn woonmachine.

Voor J.J.P. Oud, architect Rotterdam

Rotterdam koesterde De-Stijl-iconen, ook in de sociale woningbouw. Architect Oud bouwde met het Witte Dorp, de Kiefhoek en Caf? De Unie mee aan het rationeel geprogrammeerd leven: helder en transparant, zowel van binnen als buiten. Later kwam de geforceerde sociale mix, die intussen ook als problematisch en onhaalbaar ervaren wordt.

De gelijkenis was frappant tussen de klare lijn en de decors van regimes die ?Dada? en ?Merz? tot ?entartete Kunst? verklaarden. De esthetiek en de beeldregie van de totalitaire communicatie liep parallel aan die van de avant-garde. Zo ook nu weer.

In het Eindhovense Van Abbemuseum werd voor de tentoonstelling ?Lissitzky – Kabakov : Utopie en werkelijkheid? een reuzengrote maquette opgezet van de ?Wolken B?gel?. De ontwerptekening heeft El Lissitzky opgedragen aan ?J.J.P. Oud, architect, Rotterdam?.

Om technische redenen kon destijds het ontwerp in Moskou niet uitgevoerd worden.
Vandaag staat een iconische versie van de ?WolkenB?gel?- het wolkenstrijkijzer – in Beijing: het?China Central Television hoofdkwartier van Rem Koolhaas, aldaar ook ?de grote broek? geheten.

De heldere toekomst achter ons

Maar deze keer in Eindhoven gaat het om een dubbeltentoonstelling: Lissitzky – Kabakov.
En dat werpt voor de aandachtige bezoeker een heel ander licht op de ge?xposeerde werken. Ilja (1933) en Emilia (1945) Kabakov hebben hun commentaren op het werk van hun illustere voorganger niet geschuwd. Post-its in de gemeenschappelijke keukens over wie de afwas weer niet had gedaan, collages met klachten bij de autoriteiten van bewoners van een collectief appartementsgebouw over burgers en buitenlui die zich niet aan de regels hielden.

Hun thematische indeling is sprekend: ?Helderheid van vormen/Rotzooi – Overwinning op de alledaagsheid/De alledaagsheid heeft overwonnen – Monument voor een leider/ Monument voor een tiran – Het leven veranderen/Uit het leven vluchten – Vertrouwen in de nieuwe wereld/ Niet gerealiseerde utopie – De heldere toekomst tegemoet/ De heldere toekomst achter ons.?
Schrijnend en bij wijlen hilarisch.
?Deze wereld, waarin de rede meer en meer thuis is, is niet meer bewoonbaar.? Emmanuel L?vinas (1906 – 1995)




 

Archief

Alain Corneau & Pascal Quignard, Tous les matins du monde – Le tombeau des regrets

18 januari 2013

Tous les matins du monde.

Alain Corneau & Pascal Quignard

Bij het kloppen aan de poort van de tempelhut:

Ma?tre de Ste Colombe: – Qui est l? qui soupire dans le silence de la nuit?

- Wie zucht daar zo in de stilte van de nacht?

Marin Marais: – Un homme qui fuit les palais et qui recherche la musique.
- Een man die het paleis is ontvlucht om de muziek te zoeken.

MSC: – Que rechercher-vous, Monsieur, dans la musique?
- Wat zoekt u in de muziek, Mijnheer?

MM: – Je cherche les regrets et les pleurs.
- Ik zoek berouw en tranen.

MSC: – Asseyez-vous!
- Gaat u zitten.

MM: – Monsieur, puis-je vous demander une derni?re le?on?
- Mijnheer, mag ik u om een laatste les vragen?

MSC: – Monsieur, puis-je tenter une premi?re le?on?
- Mijnheer, mag ik een eerste les proberen te geven?

MM: – Je veux parler.
- Ik wil spreken.

MSC: – La musique est simplement l? pour parler de ce dont la parole ne peut parler. En ce sens elle n? est pas tout ? fait humaine. Alors vous avez d?couvert qu?elle n?est pas pour le roi?
- De muziek is er om uit te spreken wat woorden niet kunnen zeggen. In die zin is ze niet helemaal menselijk. Hebt u dan ontdekt dat ze niet voor de koning is?

MM: – J?ai d?couvert qu?elle est pour Dieu.
- Ik heb ontdekt dat ze voor God is.

MSC: – Et vous vous ?tes tromp? car Dieu parle.
- U vergist zich want God spreekt.

MM: – Pour l?oreille?
- Voor het oor?

MSC: – Ce dont je ne peux parler n? est pas pour l?oreille, Monsieur.
- Waarover ik niet kan spreken, is niet voor het oor bedoeld, Mijnheer.

MM: – Pour l?or? La gloire? Le silence?
- Voor goud? Roem? Stilte?

MSC: – Le silence n?est que le contraire du langage.
- Stilte is tegengesteld aan taal, meer niet.

MM: – Les musiciens rivaux?
- Rivaliserende musici?

MSC: – Non
- Neen.

MM: – L?amour?
- Liefde?

MSC: – Non
- Neen.

MM: – Le regret de l?amour?
- Het verlangen naar liefde?

MSC: – Non
-Neen.

MM: – L? abandon? Est-ce pour une gaufrette donn? ? l? invisible?
- Het opgeven? Voor een koekje dat je geeft aan een schim?

MSC: – Non plus. Qu-est-ce qu?une gaufrette? Cela se voit. Cela a du go?t. Cela se mange. Cela n?est rien.
- Ook niet. Wat is een koekje? Dat zie je. Dat heeft smaak. Dat eet je. Dat is niets.

MM: – Je ne sais plus, Monsieur. Je crois qu?il faut laisser un verre aux morts?
- Ik weet het niet meer, Mijnheer. Ik weet het niet meer. Ik denk dat we een glas moeten laten voor de doden.

MSC: – Aussi br?lez-vous.
- Ook u wordt van binnen verteerd.

MM: – Un petit abreuvoir pour ceux que le langage a d?sert?s. Pour l?ombre des enfants. Pour les coups de marteaux des cordonniers. Pour les ?tats qui pr?c?dent l?enfance. Quand on ?tait sans souffle. Quand on ?tait sans Lumi?re.
- Een kleine drinkbak voor wie van woorden verstoken blijven. Voor de schimmen uit de kinderjaren. Om de hamerslagen van de schoenmaker te verzachten.?Voor de tijd dat we nog niet geboren en zonder adem waren. En zonder licht.

MSC: – Monsieur, tout ? l?heure vous avez entendu que je soupirais. Je vais mourir sous peu et mon art avec moi. Seules mes poules et mes oies me regretteront. Je vais vous confier un ou deux arias capables de r?veiller les morts. Allons!

Il faut tout d?abord que nous allions chercher du vin et la viole de feu ma fille Madeleine…

Je vais vous faire entendre le Tombeau des Regrets. Je n?ai encore trouv?, parmi mes ?l?ves, aucune oreille pour les entendre.

- Mijnheer, daarnet hebt u gehoord hoe ik zuchtte. Ik ga snel sterven en mijn kunst met mij.?Alleen mijn kippen en mijn ganzen zullen rouwen. Ik wil u enkele aria’s toevertrouwen die de doden tot leven brengen. Laat ons gaan. We hebben drank nodig.?Wij hebben de gamba nodig van mijn overleden dochter, Madeleine…

Ik laat u ?Le Tombeau des Regrets? horen. Geen leerling van mij heeft het ooit gehoord.


 

Archief

HBO – In Treatment en analyse – Gabriel Byrne e.a.

12 januari 2013

HBO - In Treatment en analyse – Gabriel Byrne e.a.

?There are many sides to the truth?.

In Treatment is een reeks die ik onmisbaar acht voor alle therapeuten, artsen, huisartsen en psychiaters.

Na twee seizoenen behoorlijk gegrepen door het indrukwekkende acteertalent van Gabriel Byrne als psychotherapeut: de deskundige casu?stiek, de vaak pijnlijke herkenbaarheid en finaal de relationele betrokkenheid tussen mensen in nood: de therapeutische blik, het diagnostische oor, de tekenen en de aanrakingen.
Mens onder de mensen, een schrijnende, schrikbarende, inschikkelijke maar schitterende stiel.

In het derde seizoen lijkt het leven van Paul Weston als mens, vader, therapeut verder naar de fuik te glijden. De dialogen tussen hem en zijn psychiater Adele Saskia Brouse zijn van de beste in het genre.

In Treatment seizoen 3 Adele Week 4

00:31:00

Paul: Het enige zeilbootmodel dat ik heb bewaard, heb ik op mijn kantoor. Die zie ik achter mijn pati?nten. Ik luister terwijl zij praten, en ze hebben allemaal … Hoe ziek of verknipt ze ook zijn, ze hebben allemaal een echte passie.

Adele: U merkt dat al uw pati?nten iets hebben dat u mist?

Paul: Zo voelt het vaak wel, ja. (...) Zelfs Gina, ineens een romanschrijfster. Ik haat haar om wat ze heeft geschreven, maar ze heeft haar roeping gevonden.

(...)

Paul: Mijn laatste artikel was in 1998.

Adele Saskia Brouse: Waarom bent u gestopt?

Paul: Laten we zeggen dat ik niet meer zo professioneel gedreven ben. Mijn werk heeft soms nog wel betekenis. Als ik bij mijn pati?nten ben, ben ik nog wel geinteresseerd, maar gepassioneerd?

Adele: Zoals u mij ziet? Was u dat ooit wel?

Paul: Wanneer ik zo oud was als u, publiceerde ik nog werk. Ik dacht nog dat ik mensen kon redden.

Adele: Denkt u dat nu nog wel eens?

Paul: Maandag had ik nog eens 40 minuten een glimp van dat gevoel.

 

“People can act in unpleasant ways, but if you understand the motivation behind those actions, you develop of sense of empathy for those characters.”

De klap komt wanneer hij in zijn poging om uit zijn therapeutische beperking te ontsnappen door Adele, de vrouwelijke psychiater waarbij hij zelf in begeleiding is voor ondermeer een mogelijke Parkinson – waaraan hij zijn vader heeft weten overlijden – uit zijn routineus therapeuten evenwicht wordt gebracht. Hij begint te twijfelen aan zijn empathische intu?tie bij een pati?nt waarin hij zijn eigen levensloop leek te herkennen.?Dan begrijpt hij hoe hijzelf door Sunil, de pati?nt in kwestie, gebruikt werd om diens andere – maar daarom niet minder acceptabele – agenda op te lossen.

“I’ve always been fascinated by Paul’s loneliness, and Sunil is a guy who is relatively the same age, also adrift in his life, also has a son and also lost someone. There are many parallels in the two men’s lives.”

De zevende week van het derde seizoen is de week waarin alles verbrokkeld, maar waarin hij de rug weer weet te rechten.

Fascinerend zijn de dialogen met Adele.

 

In Treatment seizoen 3 week 7

00:06:00

Paul: (...) Ik geloof niet dat hij gehoord heeft wat ik zei. Eens geloofde ik dat je iets duidelijk kon zeggen en dat de ander het zou aanhoren en zou antwoorden.

Dat geloof ik niet meer. Misschien is elke serieuze communicatie tussen twee mensen zinloos. Zelfs zonder te liegen horen mensen alleen wat ze willen horen of wat ze kunnen horen. Dat lijkt vaak maar weinig op wat er echt gezegd is.

Adele: Op dit moment komen die tegenslagen heel hard aan. Kunnen we praten over waarom die tegenslagen zo erg zijn?

Paul: Waarom vertel jij dat niet?

Adele: Ik denk dat het te maken heeft met wat je de laatste tijd vaak doet. Je overschrijdt grenzen met je pati?nten. Je behandelt ze als vrienden, kinderen of…Je hebt je eigen gevoelens erin toegelaten. Waarom denk je dat Sunil je zo gemakkelijk voor de gek kon houden? Waarom denk je dat dat bedrog je zo raakt? (...) Het is een patroon, Je kunt het …

Paul: Ik moet stoppen., ik moet geen pati?nten meer zien. Dat bedoel je. En je hebt gelijk.

Adele: Ik vertel je helemaal niets. Ik wil alleen dat je ziet wat …

(...)

Paul: Ik vraag me af hoe mijn leven zou zijn als ik dit niet gedaan had. Als ik geen therapeut was geworden. Ik weet alleen dat ik zo niet nog 10 of 20 jaar kan doorgaan opgesloten in een kamer om te luisteren. (...)

Adele: Ik denk dat jij tot nu toe relaties hebt gekozen met weinig emotioneel risico.? Buiten je werk hou je afstand. Binnen je werk doe je het tegenovergestelde: je steekt er teveel in. Je zoekt intimiteit. Maar of het nu om Wendy gaat, of Kate, je pati?nten, het zijn allemaal surrogaten waardoor je kunt vermijden om je echt in de wereld te verdiepen om echt het leven te ervaren. Ik denk dat je hiermee wilt stoppen. (...) Maar het is wel goed dat je zegt dat je je wilt bevrijden. Dat is een goede beschrijving van het werk dat nog komt, voor jou en voor ons samen.

(...)

Adele: De manier om dat te veranderen is die gevoelens te bespreken tijdens therapie.

(...)

Paul: Dit is geen relatie. Dit is gecre?erd in deze kamer door middel van therapie. Ik weet niet of ik daar nog in geloof. Ik kan het niet onderscheiden van de werkelijkheid. (...) Is het niet tijd dat ik de werkelijkheid ervaar, dat ik de praktijk uitga en het onderscheid zelf zie?

Adele: Je kunt de wereld ervaren en hier toch elke week terugkomen om over die ervaring te praten. Ik ben bang dat als je dat niet doet, je dezelfde patronen herhaalt waarvan je jezelf probeert te bevrijden.

Paul: Misschien is dat zo.? En misschien ook niet. (...) Ik ben 57 jaar en ik ben de weg kwijt.

Adele: Mijn deur zal altijd open staan voor jou.

Paul: Dat hoeft niet. Je mag ze achter mij sluiten.

 

 

 

 

Archief

Rik Van Cauwelaert, ?Ils nous ont pris la Flandre? Waals socialisme en Belgische illusies. Van Jules Destr?e tot Elio Di Rupo – Pelckmans 2012

6 januari 2013

Rik Van Cauwelaert, ?Ils nous ont pris la Flandre? Waals socialisme en Belgische illusies. Van Jules Destr?e tot Elio Di Rupo – Pelckmans 2012

In augustus 2012 was het honderd jaar geleden dat de Waalse socialistische politicus Jules Destr?e zijn fameuze open brief aan Albert I: Sire, (...) Vous r?gnez sur deux peuples. Il y a en Belgique, des Wallons et des Flamands?; il n’y a pas de Belges.

In deze uitgave wordt deze brief vertaald door Marc Vanfraechem, voorafgegaan door een uitgebreide analyse en commentaar van Rik Van Cauwelaert.

Samengevat stelt Rik Van Cauwelaert via een omweg dat Vlaanderen de afbraak van Belgi? niet en nooit gewild heeft, maar dat Walloni? de (verdere) opbouw altijd heeft geboycot, door zijn eigen regio te laten vervallen tot een ru?ne, om de schuld hiervan de opbouwers te verwijten. Ze hadden beter hun geld in Walloni? gestopt, want Vlaanderen zou wel welvarend worden door de kracht van het Vlaamse boerenverstand en de gulzige werklust van de kleine burgerman. (...)
Door zijn initiatief, historische schets en vertaling van ?de brief? (door Marc Vanfraechem), heeft Rik Van Cauwelaert een schande ten dele uitgewist. Een aanrader is het zeker. Niet enkel voor wie de geschiedenis genegen is, maar ook voor de huidige economen, politici, moraalridders van links en rechts, en ja zelfs de vaste badgasten van de cultuur. Want om wat vandaag gebeurt te begrijpen, moet men het verleden kennen, om de toekomst te kunnen uitzetten, terwijl men al afbrekend opbouwt. Rik Van Cauwelaert heeft niet de eerste, maar wel een veel belangrijker steen hiertoe gelegd. (Guido Lauwaert)

9. De Waalse beweging, die nooit een nationalistische inslag had maar van bij de aanvang anti-Vlaams en zeker antiflamingantisch was, heeft altijd een erg dubbelzinnige verhouding gehad met de socialistische partij. Dat is tot op vandaag het geval. Meestal als hun partij in de oppositie zit, trekken de Waalse socialisten de regionalistische kaart en worden, zoals bij de oprichting van de MPW, de oude strijdkreten van Jules Destr?e opgediept.

Eenmaal in de nationale regering, gaat de partij – en zeker na de scheiding van BSP en PSB in twee afzonderlijke partijen – telkens op een haast stalinistische wijze, de unitaire toer op. Onder Elio Di Rupo, als onbetwiste PS-aanvoerder, is dat niet anders.

11. In 1921 schreef koning Albert I in een brief aan zijn dochter Marie-Jos?: ? De troon wordt alleen nog ondersteund door de socialisten, die nationaal zijn georganiseerd en bijgevolg voorstander van de Belgische eenheid, en etatistisch ingesteld. Dat zijn de drie voorwaarden die de solidariteit met de monarchie in de hand werken.? (...)

Om de rentabiliteit van de Waalse steenkoolmijnen op peil te houden moest op een gegeven? moment de activiteit van de Limburgse mijnen worden teruggeschroefd – met werkloosheid in Limburg tot gevolg. Omgekeerd was van solidariteit minder sprake. Toen gepoogd werd de kinderbijslag op nationale schaal te organiseren publiceerde de Waalse socialist en latere minister Leon-Elie Trocklet, zoon van de Luikse volksvertegenwoordiger Leon Trocklet, een studie waarin hij de organisatie van de kinderbijslag op provinciaal niveau aankaartte. Omdat, zo werd gesteld, het uitstervende Walloni? weigerde om nog te betalen voor de grote gezinnen in Vlaanderen, Dat standpunt werd in 1938 openlijk beleden door het congres van de Waalse socialisten.

 

 

Archief

vrt deredactie.be opinie: ‘Amour’, over liefde en de last der jaren

6 januari 2013


deredactie.be – OPINIE








?Amour?, over liefde en de last der jaren


02 / 01 / 2013


De film ?Amour? van Michael Haneke over liefde en de last der jaren haalde de Gouden Palm te Cannes en werd door de Vlaamse filmrecensenten verkozen tot beste film van 2012. ?Amour? lijkt vooral gemaakt voor wie jong is en voor wie niet in de Benelux woont.
Toch werd de bioscoopzaal bij ons bezoek aan ?Amour? tijdens de feestdagen vooral bezocht door bejaarde toeschouwers, mensen die het oude reeds kennen in hun ouders, partners, maar zelf nog niet der dagen zat zijn. 

Michael Haneke laat in ?Amour? Jean-Louis Trintignant (80) de confrontatie aangaan met zijn vrouw Emmanuelle Riva (83) nadat ze een beroerte heeft gekregen en steeds meer afhankelijk wordt van hem.

Beklemmend

Met Haneke?s recept om het verhaal in stukken te serveren zodat de toeschouwer kan in- en aanvullen naar eigen wens, ervaring en gewoonte, lijdt ?Amour? aan een merkwaardige afstandelijkheid. Dit wordt nog extra aangezet door de wel zeer cerebrale manier waarop de hoofdpersonages uit de Franse BCBG met elkaar omgaan in een rafelig appartement in Parijs waar ze de schijn proberen op te houden. En dat ondanks de bekentenis van hun dochter die bij een sporadisch bezoek nog een herinnering ophaalde aan de geborgenheid en levensvreugde die ze ervaren had wanneer ze hoorde hoe haar ouders de liefde bedreven.

Duif

Nochtans zijn er genoeg aanzetten voor meer en beter: het samen eten in de aftandse keuken, het bezoek van de succesvolle oud-leerling piano, van de duif, van de dochter, de bijdehante buren, de sc?nes in het bed, op het toilet, de revalidatiedans op de overloop. Het optreden van de thuisverpleegster en haar opzeg. Het vangen van de tweede duif was voor mij niet eens meer nodig.

Maar laten we wel wezen, eenieder sterft zijn eigen dood en daarvan bestaan dus oneindige varianten. De kern van ?Amour? draait om de vraag hoe iemand omgaat met de aftakeling van een geliefde en daarover communiceert, minstens met de persoon zelf.

Er is geen expliciet overleg, er zijn enkel indirecte uitlatingen: nooit meer terug naar het ziekenhuis, nooit meer zo?n behandeling, ook niet na de tweede beroerte. En dus dood?

Verlossende euthanasie-regeling

En zo blijf je als oud, maar nog lang niet der dagen zat, achter met de vraag van de vele levens en nog meer doden die we moeten sterven. Treed je als geliefde, partner, ouder, kind, vriend, derde zelf op om iemand uit zijn of haar lijden te verlossen als daad van genade.

Zeker wanneer er geen wettelijke euthanasie regeling bestaat zoals het geval is buiten de Beneluxlanden. Vroeger merkte iemand al eens op dat de Benelux boven Frankrijk ligt, omdat zich daar het verstand van Frankrijk bevindt. En het gezond verstand bevindt zich dan in Vlaanderen. Althans gemeten aan de manier waarop wet, burgers en medici omgaan met het levenseinde van mensen die oud en der dagen zat zijn.

Binnen Vlaanderen blijkt de wettelijke regeling in praktijk tot op heden het vlotst gerespecteerd te worden. Elders in Europa en de wereld blijft men ondanks alle mogelijke progressieve ambities en ethische normen met gesloten ogen wijd omheen de hete brei draaien van het uitzichtloze lijden bij de wens tot waardig sterven. Peter Sloterdijk merkte reeds op dat ?waardig sterven het bondgenootschap breekt tussen reactionaire religies en progressieve technocratengeneeskunde, die samen nauwelijks meer dan een hoger creperen toelaten.?

Wilsonbekwaam?

Maar hoe ga je als partner om met het aftakelen van je geliefde: palliatief beleid starten, opdrijven of versterven, euthanasie?

Wie dit wenst, moet het wel duidelijk en herhaald gevraagd hebben. Al was het maar omdat wie euthanasie uitvoert zich anders niet inleven kan in een mogelijke doodswens. Zeker wanneer wie stervende is niet meer kan begrijpen wat er gebeuren zal. En dus wilsonbekwaam is geworden.

De Nederlandse verpleeghuisarts en filosoof Bert Keizer verklaarde in het tijdschrift Relevant, van de NVVE - Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde – dat hij niet iemand wilde doodmaken die zelf niet kon begrijpen wat er gebeurde. En dat hij ook in het algemeen vindt dat artsen dat niet moeten doen: ?Als je toestaat dat andere mensen beslissen dat iemand dood wil of moet, maak je van mensen ?ex-mensen? , categorie huisdieren: het baasje beslist.?

Zorgkosten

Intussen lijkt een merkwaardige paradox te ontstaan: de kosten van de zorg in de laatste levensfase wordt – zeker in economisch precaire tijden van bezuinigingen – zwaarder om dragen. Anderzijds willen steeds minder mensen naar verpleeghuizen: een rusthuis als het voorgeborchte van het graf. Steeds vaker worden ze daarbij vooral in woorden ondersteund door familieleden. Ouderenhart.be helpt bij het kritisch bevragen van leven en sterven in rusthuizen. Uit de studie van de Koning Boudewijnstichting over het leven na het pensioen bleek dat 81% vragen, twijfels, angsten over oud worden liever voor zich uitschuiven en doodzwijgen.

In Nederland hebben 250 duizend mensen dementie, meestal de ziekte van Alzheimer. Het voorbije jaar werd 4 miljard euro uitgegeven aan zorg voor demente mensen. Een derde van hen woont in een verpleeg- of verzorgingshuis. Tegen 2040 verwacht men een verdubbeling van het aantal personen met dementie met in 2050 een piek van 565 duizend. Indien demente mensen langer thuis kunnen blijven zou volgens de ziekenfondsen deze zorg 200 miljoen euro goedkoper kunnen. In de regio Noord-Holland-Noord van Alkmaar tot Texel probeert de zorgverzekeraar dit met een intensere persoonlijke begeleiding.

In Haneke?s ?Amour? neemt de man uiteindelijk zelf de beslissing voor zijn echtgenote. In een impuls? Uit liefde?

?Hoezeer de mensen ook aan het leven hangen: als ze vinden dat een leven niet voldoende kwaliteit meer heeft, kan het sterven plotseling niet snel genoeg gaan. (?) De vraag is: wil je de zieke van zijn ziekte bevrijden of jezelf van je hulpeloosheid?? (uit: Arno Geiger, De oude koning in zijn rijk).




 

Archief

Brussel – Gemeentemuseum Elsene – Museum Charlier Sint Joost: ‘C’?tait au temps o? Bruxelles bruxellait’

3 januari 2013

Gemeentemuseum Elsene

In een onooglijke straat is het Museum van Elsene op Tripadvisor niet eens in het Nederlands te vinden. Toch een prachtige collectie in een merkwaardige omgeving. De vaste collectie Toulouse-Lautrec affiches begeleidt de andere toppers in dit genre,? Van Rysselberghe, Lemmen, Emile Claus, Anna Boch, Rik Wouters, Magritte, Knopf en deze keer een uitgebreide visuele toelichting bij het ontstaan van enkele werken van Paul Delvaux.

Gustave De Smet, Pierre Alechinsky, Auguste Rodin, Francis Picabia, Pablo Picasso, Juan Mir?. Het kan haast niet op: een verfijnde selectie die in optimale omstandigheden worden gepresenteerd.

Het Gemeentelijk Museum van Elsene werd in 1892 opgericht en maakt sindsdien deel uit van de toonaangevende culturele instellingen in Belgi?. Maar de lopende tentoonstelling (nog tot 20/1/2013) ‘BELGISCHE KUNST. EEN MODERNE EEUW laat de prachtige Collectie Caroline en Maurice Verbaet zien in de hoofdzaal.

Het is wel even slikken wanneer je beseft dat deze verzamelaars in 40 jaar hun passie hebben gekoesterd, met beperkte middelen en toch zo’n verzameling bij elkaar wisten te vinden.

De confrontatie van verschillende werken uit hun collectie van Spilliaert en Brusselmans naast Jan Vanriet is adembenemend.

En zo zijn er nog een wel paar te vinden.

 

Museum Charlier Sint Joost

Achter de gevels van Brussel vind je geregeld nog schatkamers waar de tijd is blijven stil staan. Het personeel spreekt zowat uitsluitend Frans en weet niets of nauwelijks wat van het museum, maar de heropening in 2012 na de restauratie ( eerst in 1928) maakt de prive woning van mecenas Henri Van Cutsem weer interessant.

Victor Horta had de belendende woningen aan de Kunstlaan 16 in Sint Joost ten Node in 1890 aangepast om de collectie als in een museum te presenteren.

Na zijn dood liet Van Cutsem het huis en de werken aan? beeldhouwer Charlier. Hier hangen meesterwerken uit een collectie van zowat een eeuw geleden, zoals ze toen werden gepresenteerd.

Achter deuren en in donkere kamers vind je prachtige schilderstukken van toppers en intussen onbekende schilders en beeldhouwers, met fraaie naakten, landschappen.

 

C’?tait au temps o? Bruxelles r?vait

C’?tait au temps du cin?ma muet

C’?tait au temps o? Bruxelles chantait

C’?tait au temps o? Bruxelles bruxellait