knee compression sleeve

Er is nog zo veel dat ongezegd is. (Rutger Kopland)

Dupslog
Dupslog

Archief

Onze wensen voor 2009 en later…

26 december 2008


Ren? Magritte, "L'empire des lumi?res" (1954)
Ren? Magritte,”L’empire des lumi?res” (1954)

?

Zoals bij een eclips

kunnen wij zelf bepalen

waar Licht heerst

en waar Duisternis.

Dat wensen wij jullie voor?2009 en later…

?

Magritte Museum Koningsplein Brussel 2008

Archief

Peter Sloterdijk, Het heilig vuur, over de strijd tussen jodendom, christendom en islam. uitg. Boom

26 december 2008

Peter Sloterdijk, Het heilig vuur, over de strijd tussen jodendom, christendom en islam. uitg. Boom

?

?

Peter Sloterdijk analyseert het Heilig Vuur waarmee de monothe?stische godsdiensten zich door de eeuwen heen hebben gepresenteerd aan de gelovigen, de ongelovigen, de andersgelovigen en de ketters.?

?Het heilig vuur? is de moeite van het spellen waard: spits, diepgravend, verrassend – Mozes als volgeling van Achnaton – maar met een erudiete weging van de betekenissen van religies.?

De enige haalbare oplossing volgens Sloterdijk is afstand doen van de fanatieke aspecten van het universalisme en zelf veranderen in cultuurreligies zonder godsdienstijver, zoals we sinds de XVIIIde eeuw bij het liberale jodendom hebben gezien, sinds de XIX de eeuw bij de grote meerderheid van de protestantse kerken en sinds het Tweede Vaticaanse Concilie bij de liberale stromingen van het rooms-katholicisme. Vergelijkbare ontwikkelingen kent de islam, vooral in Turkije sinds 1924, maar eveneens in de westelijke diaspora, waar het altijd raadzaam is zich te presenteren als een godsdienst die de dialoog aankan. (125)

?

14. Zolang men het heftige aan een transcendente oorsprong blijft toeschrijven, is het onmogelijk om in te zien dat iets wat als van buitenaf ingegeven kracht wordt beleefd, voortkomt uit een psychosemantisch getransformeerde werkzaamheid van het eigen organisme tijdens extreme stress – wat in vele gevallen misschien ook voor de profetische vervoering geldt.

?

22. In dit opzicht moet een flink deel van de huidige massacultuur, en dan vooral de buitensporige kant hiervan, aan een onuitgesproken contrareformatie worden toegeschreven: zij heeft de weg vrijgemaakt voor de veelbesproken ? terugkeer van de religie? . Bij alle projecten om de passiviteit te herstellen gedraagt de wil om te geloven zich als een verlangen naar overweldiging.

?

56. Formeel gezien kunnen we de verhouding van het jodendom tot beide opvolgreligies als een spirituele voorafschaduwing van de asymmetrische oorlog opvatten. (...) De joods positie komt overeen met die van een guerrillabeweging die haar steeds weer bereikte niet-nederlaag als noodzakelijke, zij het niet voldoende voorwaarde voor haar overwinning bijschrijft.

?

63. (...) het christendom heeft vaak zelf het kwaad aangewakkerd waarvoor het vervolgens de verlossing aanbood.?

?

68. (...) de riskante ingesteldheid van het universalistische militantisme. We zien daaruit bijvoorbeeld hoe snel het ongecontroleerde universalisme in een fascisme van het goede uitmondt.? (...) niet het doel heiligt de middelen, de middelen zeggen de waarheid over de doelen.

?

95. ? Spreken wil zeggen: met het lichaam van de ander spelen. Alfred Tomatis.

Archief

Museum Dr. Guislain en het Filmfestival Gent: Het Spel van de Waanzin, over gekte in film en theater

26 december 2008

Het Museum Dr. Guislain en het Filmfestival Gent presenteren:

Het Spel van de Waanzin, over gekte in film en theater

nog tot 12 april 2009

?

Naar goede jaarlijkse gewoonte heeft het Museum Dr. Guislain een ferme tentoonstelling met ? Het spel van de waanzin?. Eens e meer wordt duidelijk gemaakt hoe dun de grens is tussen het menselijke spel van waanzin en wijsheid. Waan of wijs is vaak afhankelijk van de positie waarin de speler zich bevindt. Hij of zij kan dit zelf kiezen of wordt vaak gedwongen co?rdinaten in te nemen waaraan belangrijke voor- en nadelen verbonden die bij de keuze niet altijd even duidelijk lijken.

?

Waanzin is taboe, maar fascineert mateloos. Deze dubbelzinnige houding zet aan tot spel: we fantaseren, ontvluchten en dollen er op los. Het spel van de waanzin verkent de gespeelde gekte in filmfragmenten, beelden van theaterstukken, historische schilderijen, miniatuurtheaters, art brut en hedendaagse kunst. Archetypes als de nar, de hysterische vrouw, de gekke dokter, de gestoorde vorst en de gevaarlijke gek passeren de revue.
Herkennen wij geen aspecten van onszelf in deze stereotiepe gekken? Er wordt zowel gefocust op het theatrale van de waanzin als het therapeutische van het theater. De sc?ne wordt belicht als een plaats voor gekte, ritueel en genezing.

Werk van velen wordt gepresenteerd als illustratie: James Ensor, Jan Fabre, Hugo Claus, Fernand Khnopff, Dirk Braeckman, Jack Nicholson, Dirk Roofthooft, David Lynch, Jan Vercruysse, Julien Schoenaerts, Koen Broucke, Ger van Elk, Guy Cassiers, Johan Dehollander, Woody Allen, Alain Platel, Ingmar Bergman, Eric De Volder, Guy Van Bossche, Abattoir Ferm?, Henry Darger, Pedro Almodovar, Lemm & Barkey, ?

De catalogus bij Roulartabooks is de moeite.?

Archief

Gent Sint Pieters Kunsthal – Vlaamse wandtapijten: Flanders Technology uit de XV en XVI de eeuw

26 december 2008

Nog tot 29 maart 2009 kan je in de Sint Pieters Kunsthal te Gent een adembenemende tentoonstelling van Vlaamse wandtapijten bezoeken in zalen en zaaltjes, langs trappen en treden op en neer en heen en weer, maar overal schitterend gepresenteerd als het toppunt van Europese chique uit de XV en XVI de eeuw.?

De tentoonstelling ? Vlaamse wandtapijten voor de Bourgondische hertogen, keizer Karel V en koning Filips II?? is een van de eerste verzamelingen met audiovisuele toelichting – doch zonder catalogus – die zo knap wordt uitgelicht. De begeleidende muziek is mooi, de achtergrondgeluiden lachwekkend en sommige stukken audiotekst tenenkrullend.

Maar al bij al vergaap je je als bezoeker aan een luxueuze ambulante vorm van wandversiering die aan de grootste Europese hoven eeuwenlang de ultieme uiting van goede smaak en fenomenale rijkdom bleef.?

In barre omstandigheden heb ik honderden van deze immense tapijten gezien in eindeloze gangen van gereputeerde musea in Frankrijk, Itali?, Duitsland, Spanje en Belgi? met een droefgeestige belichting van flets verbleekte kleuren. Dit is in niets te vergelijken met wat en hoe in de Gentse Sint Pieters Kunsthal wordt gerealiseerd.?

Bezoekers krijgen er zelfs een filmpje bij over deze unieke en dure weeftechnieken die eeuwenlang fortuinen naar de weefcentra in Brussel, Oudenaarde, Gent, Brugge, Mechelen en Doornik draineerden.?

Flanders Technology van toen, nooit meer ge?venaard.

Op internet bij Klara hoor je boeiende toelichtingen.

http://users.telenet.be/geertW/Site%20Wandtapijten/Home.html

http://www.klara.be/cm/klara/2.1410/1.49698

http://www.klara.be/cm/klara/2.1410/1.48950-behang-van-de-bourgondi%25C3%25ABrs

http://www.klara.be/cm/klara/2.1410/1.47932-vlaamse-wandtapijten-in-chicago

?

?

?

Archief

Brussels Biennial: ijzige leegte nog tot 4 januari 2009

23 december 2008

Brussels Biennial nog tot 4 januari 2009.

?

Niets, niets, maar dan ook werkelijk niets van wat er in het kader van deze Brussels Biennial vertoond wordt, is de moeite om je doorheen het ijzige postsorteercentrum aan het Zuidstation te slepen.

Of het zou de ?Once is nothing? grap moeten zijn waarmee de derde verdieping van deze vergane glorie opent, een lang verhaal om de ondraaglijke lichtheid en de futiele ruis van de manmoedige borstklopperij als een prestatie te presenteren aan de argelozen die erin getrapt zijn om 10 Euro op te hoesten naast een gidsenfee om een verzameling bijeengeraapte flauwe kul van heinde en verre te beleven:

?Once is Nothing is een reeks paradoxen. Het is een tentoonstelling die gebaseerd is op een vorige tentoonstelling. Bijna leeg maar toch vol herinneringen en geschiedenis. Een nieuw project en een herhaling van iets dat al gebeurd is. Het vraagt de kijkers om wat te treuzelen en kan in enkele ogenblikken bekeken worden.

Once is Nothing is gebaseerd op Individual Systems met Igor Zabel als curator op de 50ste Bi?nnale van Veneti? in 2003. Vijf jaar geleden richtte dit statement van de curator zich op de relatie tussen artistiek impresariaat en hedendaagse wereldwijde systemen. Hier is Individual Systems gereconstrueerd via een interpretatie van de architectuur door kunstenaar Josef Dabernig, de originele ontwerper. Toch zijn de werken uit de tentoonstelling fysiek afwezig. Deze afwezigheid is zowel een erkenning van het feit dat herhaling onmogelijk is als een ondermijning van de vraag naar eindeloze vernieuwing die je in de meeste kunstbi?nnales aantreft. In de plaats van de werken is er een catalogus met beelden en teksten over beide exposities en een nieuw werk van Patrick Corillon. Elk nieuw element ? tegelijkertijd verhelderend en raadselachtig ? geeft een ander gedeeltelijk verslag van wat er gebeurde in 2003 en in de periode tussen toen en nu.

Once is Nothing is een poging om een pauze in te lassen in de stroom van kunstproductie en de consumptie ervan. Het vraagt aan de bezoeker zich te verbeelden wat er niet is. Tegelijkertijd biedt het een tastbare beleving van het gebouw, het uitzicht door de ramen, de architectuur en de verhalen die ze gecombineerd kunnen vertellen. Het is een uitnodiging om met deze elementen te spelen, een virtuele versie te cre?ren van wat hier geweest kon zijn of wat je zou willen zien.
Op de vraag om als kunstinstelling mee te werken aan een bi?nnale willen de BAK, basis voor actuele kunst (Utrecht) en het Van Abbemuseum (Eindhoven) een moment van reflectie over de kunst van vandaag cre?ren. Musea en kunstencentra houden zich vaak bezig met het bewaren van de herinnering en het herbedenken van dingen die voorbij zijn, een taak die in het algemeen afwijkt van die van de bi?nnales, die nieuwe dingen willen introduceren. Once is Nothing probeert deze verschillen tastbaar te maken en bovendien een verrassende beleving van kunst, architectuur, ruimte en tijd te bieden. ?


Kortom je mag de invulling van de tentoonstelling bij ontstentenis van de werken zelf verzinnen. Allsezins een heel aparte belevenis.

Waarlijk verrassend is het bezoek aan het gebouw zelf en een blik door de versleten maar ooit afgrijselijk dure ‘thermopan’? glaspartijen van Glaverbel op de postmoderne gruwelen aan de Fosnylaan en het schuiven van de treindaken tussen de perronluifels van de ?Midi?.
Tweetalige bordjes : ?Bericht aan het personeel. Er wordt aan herinner dat ENKEL het technisch personeel de toelating heeft de zonneblinden? te bedienen. De econoom?
En de handige waarschuwingen aan de liftdeuren: ?Het is onontbeerlijk ? te wachten tot de liftkooi het niveau bereikt heeft vooraleer de deuren te openen ? alvorens in te stappen u te vergewissen dat genoemde kooi wel degelijk aanwezig is.?? als toemaatje bij de dreiging door de directie met zware tuchtstraffen voor wie de liftknoppen onrechtmatig indrukt.
Het zijn naast de lijsten met?het ‘verlof’, de taalrol, graad, geboortedatum en dag van de?indienststreding beklemmende getuigenissen van meer dan 40 jaar wel en wee in Brussel X.? Modernisme in de Belgische ambtenarij.

In deze immense zalen was de hoogste betrachting het beklimmen van de cheffenkooi van waaruit de hele helse werkvloer als in een gevangenis te overzien was en van waaruit alle lopende banden met schakelaars en knoppen konden bediend worden, net zoals de chef van de Midi al zijn wissels vanuit een gelijkaardig commandocentrum beheerste. Hier de brieven, daar de treinen.

Mensenwerk op godenmaat.

Net zoals de architectuurelementen die in het Anneessens cultuurcentrum naast het gelijknamige metrostation midden de allochtone desolaatheid van de Brusselse grootstedelijke ellende. In de ondergrond van het Fontainasplein worden allerlei constructies ge?taleerd van ondermeer Luc Deleu en fragmenten uit Paul Otlets Mundaneum en Universele Decimale Classificatie. Artistieke architecten blijven in Brussel dromen van mensen als mieren of muizen die in een urbanistisch en architecturaal stramien gedwongen worden om gelukkig te zijn met een minimale ecologische afdruk.

De Nederlander Renzo Martens vertoont in het Postsorteercentrum een stukje van zijn filmische poging om lokale fotografen in Oost Kongo te helpen om gruwelfoto?s te maken voor Westerse persagentschappen en zo meer poen te beuren dan met huwelijksfotografie en ander fraais voor de eigen bevolking. Hij verspeelt zijn journalistenvergunning en de Mai Mai krijgers poseren alweer in groot ornaat voor de westerse fotografen: hoe meer ellende – desnoods zelf toegediende – ?hoe sneller en hoe langer de westerse hulpmachine draait. Een mooiere illustratie van Jean Brcimonts waarschuwing tegen ‘Humanitaire interventies’ is nauwelijks te bedenken.

En verder, verder, her en der nog een paar leu

Categorie: Actualiteit | Reacties uitgeschakeld voor Brussels Biennial: ijzige leegte nog tot 4 januari 2009

Archief

Parijs 2008-2009: Futurisme in Beaubourg ? Picasso in Le Grand Palais, Orsey en het Louvre ? Van Dyck in Jacquemart-Andr? en Andrea Mategna in het Louvre

15 december 2008

Parijs 2008-2009: Futurisme in Beaubourg ? Picasso in Le Grand Palais, Orsey en het Louvre ? Van Dyck in Jacquemart Andr? en? Andrea Mategna in het Louvre

Futurisme in Beaubourg


In het Centre Pompidou te Parijs werd naar aanleiding van de honderdste verjaardag van hun blijde inkomst een tentoonstelling gewijd aan het Futurisme van het stelletje Italiaanse wonderboys die tussen sigaret en lippen in veel te grote jassen en met te korte beentjes onder hun aandoenlijke bolhoeden. Deze heren hanteerden de klepel en hingen hun visie op de kunst, de toekomst, snelheid en tijd aan de grote klok. Ze maakten soms schitterende schilderwerken waarmee ze vooral beweging probeerden te suggereren. Een ferme? dynamische steen in de kikkerpoel die kringsgewijs uitdijde tot in het kubisme, Russisch suprematisme, constructivisme tot en met Bauhaus en minimal art.
Een klein maar niet onbelangrijk detail ontbreekt echter in deze tentoonstelling: de snelle lijn richting links en rechts fascisme is nergens te bekennen, hoewel dit spoor naar de onnoemelijke gruwelen van de maakbaarheididealen onmiskenbaar belangrijker is geweest dan het meeste gewauwel in de marge.
Kunststromingen met dergelijke alles nieuw makende manifesten zijn schitterend zolang het maar om te lachen blijft, zoals bij de surrealisten. Wanneer dit soort nieuwe dynamici zichzelf echter au s?rieux nemen loopt het gegarandeerd fout.
Wanneer dergelijke omwentelingsmanifesten in de?werkelijkheid worden opgelegd aan het levende mensenvee, draait dit?op een bloederig drama uit, ongeacht de snelheid en de eeuwige beweging die gesuggereerd wordt.
Picasso et ses ma?tres ? Galeries nationales du Grand Palais ? Orsay en het Louvre.

Een waarlijk schitterende tentoonstelling waar vaak heel treffend en pakkend duidelijk wordt hoe Picasso zijn klassiekers interpreteerde en onbevangen het gevecht aanging met hun en zijn eigen demonen.
??De wereld waarin Picasso rondzwierf was Dionysisch, onveilig gemaakt door saters en minotaurussen – het onheilspellende bestiarium dat het modernistische idealisme nooit heeft weten te verdrijven. Picasso erkende in Rembrandt een voorloper van zijn eigen gevaarlijke visuele intelligentie, die zich vrij kon bewegen tussen het esthetische gemak van het naakt en de rommeliger, sexier werkelijkheid van het naaktmodel: ge?tste afbeeldingen van halfgeklede vrouwen die zich warmden bij het fornuis. Niets van die ontklede waarheid zou zich nog voordoen tot Manet en Degas.
Volgens Picasso en Matisse bestond er een zogeheten ?keten? die hun begrip van het modernisme verbond met bepaalde oudere meesters – Vel?zquez en Goya, maar ook Rembrandt – die begonnen waren met de taak om de kunst lastige vragen over haar eigen conventies te laten stellen: in dit geval de behaaglijke schoonheid van het naakt
.?? Simon Schama, De geest van Rembrandt, Vrij Nederland 5 mei 2007, p. 87

Waar ‘Malen gegen die Zeit ? vorig jaar? in Dusseldorf? een schitterend overzicht gaf van zijn gevecht met de tijd, wordt in Le Grand Palais de opbouw van Picasso’s meesterschap onthuld aan de hand van soms zeer frappante en adembenemende interpretaties.
De audiogids in het Nederlands geeft schitterende commentaren, maar de ongetwijfeld gediplomeerde kunstkenner van Noord-Nederlandse signatuur die aan het woord is, blijkt niet alleen niet in staat om de Franse titels en namen correct en verstaanbaar uit te spreken maar etaleert een schrijnend gebrek aan kennis van de kunsthistorische en klassieke canon.

Al hebben ze daar in Nederland graag de mond van vol.
De ontvoering van de [Sabins], [Ingres], [ Titsijen] met als topper de vertaling van ?ventre? als ?maag? in de reeks rondingen, borsten, heupen is onbegrijpelijk voor een?tentoonstelling van dit niveau.?
Overigens is het natuurlijk even onbegrijpelijk dat men in Parijs nog altijd niet door schijnt te hebben dat ook in Vlaanderen Nederlands wordt gesproken waarbij de uitspraak van Franse namen en titels en de vertaling van de teksten veel correcter door Vlaamse Nederlandstaligen gebeurt dan door Noord-Nederlanders.

Op deze tentoonstelling zie je waarom Picasso zoveel respect had voor Rembrandt, Velazquez, El Greco, Goya.
In het Mus?e d?Orsay?ontleedt hij Manets “D?jeuner sur l’herbe” tot op het meest perverse bot.

Naast de onthulling van Manets perverse?fantasie?n loopt ?in?Orsay overigens nog een ongelooflijke tentoonstelling van pasteltoppers.

In het Louvre volgt Picasso een vergelijkbaar proc?d? om ?Les Femmes d’Alger? van Delacroix grondig uit de wellustige doeken te doen.

Andrea Mategna in het Louvre.


Een boeiende verzameling met schitterende audiogids doch zonder mijn topper van Mategna: Lamento su Cristo Morte uit Milaan.

Het uitzicht op de omgeving van het Gonzaga kasteel van Mantua is fenomenaal bij La morte della vergine.

Antoon Van Dyck bij Jacquemart-Andr??

Evenzeer de moeite van het aanschuiven waard net als een degelijke lunch of thee onder het plafond van Tiepolo
Niet zoals de grote Antoon van Dyck tentoonstelling te Antwerpen in 1999 maar toch ook een selectie schitterende portretten waarin hij de sprezzatura van zijn modellen subtiel bespeelt.

Archief

Frank Albers: Waar is de woede?

10 december 2008

Frank Albers: Waar is de woede?

’ J’Accuse…!’over het ontbreken van de woede in de kudde waar vrijheid heerst onder de ogen van de wolven in het bos en het gesnuffel van de herdershonden.?In De Morgen van vandaag als opiniestuk en op de zeer aanbevelenswaardige Frank Albers’blog, dus zeker ook op Dupslog.

?

Er zijn dagen dat ik de wereld wil slaan.?

Om zijn domheid.

Zijn kortzichtigheid.

Zijn machtsmannetjes.

Zijn hebzucht.

Zijn zelfgenoegzaamheid.

Geen erger weapon of mass destruction dan mijn soort.

De bom! De bom!?

?

Ja, er is Beethoven en er is Shakespeare, antibiotica en het Louvre, algemeen stemrecht en Veneti? – leve de dialectiek en ik hoor u alweer Walter Benjamin citeren. Maar niettemin.

?

?

Quo usque tandem abutere, Capitalista, patientia nostra? Het wordt met de dag hemeltergender: hoe politici in dit halfrond er niet in slagen ook maar ??n originele gedachte te ontwikkelen die een zweem van een glimp van een schijn van een fractie van een oplossing zou kunnen bevatten voor de economische epilepsie-aanval die de wrede vrije markt andermaal – voor de zoveelste keer al in de geschiedenis – heeft uitgelokt.

De zoveelste depressie van dit manische systeem.

?

Hoe de diagnose ook luidt, de remedie is altijd dezelfde: more of the same.

Geleuter over centen en procenten.

Het denken achter de komma.

Morrelen, schipperen, neuzelen.

Maar uiteindelijk: geen millimeter spatie tussen feit en wens.

?

Meer dan ooit zijn politici de handlangers van krachten die ze nauwelijks doorgronden en al helemaal niet beheersen. Strandjutters. Ijdele slaven die zich schminken in de glans van hun boeien. Meer dan ooit is politiek de bezemwagen die achter de feiten aanrijdt. We hebben geen keus! jammert het gilde al maanden. En dus doet het wat het zegt te moeten doen: lief zijn voor Freddie en Fannie, plots instortende banken stutten, fors lenen, btw en rentevoeten verlagen, de begroting een beetje in het rood laten gaan – en als er geen geld meer is, dan dr?kken we geld. Allemaal noodgrepen binnen de logica van een systeem, dat precies door diezelfde logica deze problemen over zich heeft afgeroepen.?

?

?Het kan niet de bedoeling zijn dat de winsten geprivatiseerd worden en het verlies gesocialiseerd,? aldus de hoofdredacteur van The Economist vorig weekend in De Morgen. Dat is me dunkt wel degelijk de bedoeling van sommigen, en dat is in ieder geval wat nu ophanden is. Zoiets zou in een minder comateuze wereld een gevaarlijke volkswoede uitlokken. Maar niet in onze beste aller mogelijke werelden, waar niemand buiten de sjablonen denkt. Ik vraag me af hoe slecht slecht nieuws moet zijn om vadsig Europa nog tot enige vorm van opstand te kunnen bewegen.

?

Ondertussen marcheert het parmantige volkje der commentatoren en opiniemakers en columnisten achter de feiten aan, als de muziekkapel over het dek van de Titanic. Kweelde diezelfde hoofdredacteur van The Economist in zijn debardeur: ?Kapitalisme is een goede zaak. Daar zou zelfs geen discussie over mogen bestaan. Het einde van de vrije markt zou pas echt een wereldramp zijn.? De journalist als cheerleader. Opsluiten moesten ze zo?n man. Uithongeren. De vrije markt is een catwalk in een mijnenveld. De beurs is een machtiger en wispelturiger sfinks dan het Grieks orakel ooit is geweest. Vergeleken bij Wall Street is Lourdes een sci?ntistisch bolwerk. Maar geen politicus – van groen tot donkerbruin – die de macht van de sfinks fundamenteel in vraagt stelt. Dat is wat deze financi?le en economische crisis zo schrijnend duidelijk heeft gemaakt: de politieke klasse heeft geen macht, geen idee?n, geen lef. Boven het bidet van het parlement spoelt de vrije markt haar kut.

?

?

Pijnlijk ook, hoe zo?n hoofdredacteur een systeem bejubelt waarvan de logische gevolgen momenteel in zijn eigen vakgebied een kleine ravage aanrichten. Niet onder hoofdredacteuren wellicht. (Misschien moesten persbedrijven in moeilijkheden, voor ze aan het infuus van de overheidshulp gaan, eerst maar eens hun loonschalen publiceren. Het afvijlen van een paar toplonen zou wellicht enige C4?tjes kunnen schelen.)?

?

En dan de intellectuelen. De schrijvers. De kunstenaars. De filosofen. Het danst en het tobt en het kliedert en het schrijft zijn schriftjes vol, naarstig, vlijtig, braaf. Het vent zijn gesubsidieerde onbehagen, het moppert obligaat, me quoque, en hoopt stiekem op een prijsje. De vrome schlagerzangers der cultuurkritiek, wie maalt nog om hun rebelse refreintjes? Als een minister van Buitenlandse Zaken de subversieve kracht van de kunst gaat loven, zoals Karel De Gucht vorige zaterdag in deze krant deed, dan weet je hoe het met de subversieve kracht van de kunst gesteld is.?

?

Nergens zie ik echte woede. Nergens leidt deze diepe en alomvattende crisis tot een diepgaande culturele introspectie, nergens groeit uit het puin een politiek significante tegenbeweging. How many times can a man turn his head, pretending he just doesn?t see? kraste Bob Dylan ruim veertig jaar geleden. Het is nog steeds een open vraag.